Unilever investeert miljoenen in zeewier: de FMCG-producent ontwikkelt schoonmaakmiddelen met algen en wil er ook zelfreinigende oppervlakken mee creëren. Een beloftevolle markt, gelooft de maker van Cif en Dove.
Vuil blijft niet hangen
Poetsen we binnenkort met zeewier? Met die bedoeling gaat Unilever een joint venture aan met investeringsgroep Innova Partnerships. Samen willen ze Lactam op de markt brengen, een biotechnologie die voorkomt dat vuil en microben zich hechten aan oppervlakken met behulp van zeealgen. “Op zeewier vormen zich geen laag biofilms, het is altijd schoon, omdat het een eigen afweermechanisme heeft gevormd”, legt ondervoorzitter Jonathan Hague uit aan de Financial Times.
Sinds het de technologie tien jaar geleden in een vroeg stadium kocht, heeft Unilever al zo’n 8 miljoen pond (8,85 miljoen euro) gespendeerd aan de ontwikkeling. Nu komen de eerste consumentenproeven eraan. “Als je dit regelmatig in de badkamer gebruikt, zou de zwarte schimmel op je tegels gewoon niet groeien”, aldus nog Hague. “Je zou een zichtbaar en aantoonbaar schoner oppervlak hebben.”
Schoenen die nooit ruiken
Maar het potentieel van zeewier overstijgt de consumentenmarkt vele malen, denkt Hague. Unilever vormt de joint venture precies om de technologie ook in licentie te kunnen geven in de potentieel “veel grotere” business-to-businessmarkt. Het product creëert zelfreinigende oppervlakken, wat bijvoorbeeld voor geurloze schoenen of altijd propere bankbiljetten kan zorgen. Er lopen ook al gesprekken rond tandheelkundige toepassingen.
Unilever ziet zelfs al duurzame mogelijkheden: als er zich bijvoorbeeld geen vuil hecht aan de romp van een schip, ervaart dat minder weerstand en dat zou een verschil kunnen maken in uitstoot. “Als we erin slaagden om Lactam op de romp van elk schip ter wereld te krijgen, kun je ongeveer 10% van de brandstofuitstoot besparen”, klinkt het.