De vervrouwelijking van de klusser
Het is zeker geen nieuw fenomeen, maar toch zijn de meningen erover nog steeds een beetje verdeeld: de vervrouwelijking van de klanten bij doe-het-zelfzaken. Terwijl sommigen beweren dat ze er helemaal niets van merken, spelen anderen – denk maar aan Gamma – er expliciet op in door opvallend meer decoratiemateriaal, van gordijnen tot kussentjes, op de winkelvloer te halen.
Toch is er meer aan de hand volgens Vanden Abeele, want wat die nieuwe vrouwelijke klussers nodig hebben, is eigenlijk ook wat de nieuwe generatie mannelijke klussers nodig heeft. Uit een studie in opdracht van het Oostenrijkse Baumax bleek immers dat de huidige generatie in zijn geheel minder knutselvaardig is. Vroeger kreeg men nog vakken als handwerk op school, vandaag hoor je dat de jongere generatie bijna steevast de hulp van vaders of grootvaders inroept voor het doe-het-zelven.
Zullen retailers in de toekomst dus wellicht meer moeten uitpakken met het helpen van mensen en met het geven van advies? Naast Baumax zijn er immers ook bij grote Amerikaanse spelers als Lowe en Home Depot al speciale diensten in het leven geroepen voor installatie aan huis na verkoop. Ook voor producenten heeft deze evolutie zo zijn implicaties: van hen worden plots enorme inspanningen gevraagd om producten gebruiksvriendelijker en eenvoudiger te maken.
De strijd tussen de merken
Dat de strijd tussen de huismerken en de fabrieksmerken nog lang niet gestreden is, zal niemand verbazen. De huismerken worden een steeds sterker middel om de consument aan de keten te binden, maar zeker ook om druk op de leveranciers uit te oefenen.
Net zoals in de voedingssector zijn eigen merken bovendien het al dan niet vermeende middel om de falende leveringsgraad te bestraffen. Gezien de financiële crisis, de lange leverlijnen vanuit het Verre Oosten en het feit dat België in de geglobaliseerde wereld maar zo’n kleine markt is, zijn die problemen vermoedelijk ook nog niet zo gauw van de baan.
Of we ons al volledig de impact van die strijd realiseren, is echter een andere vraag. Meer en meer is de retailer ook een merk, wat bij retailers op den duur de vraag doet rijzen wat de meerwaarde van een A-merk eigenlijk nog is.
De logische reactie van de A-merken is dan weer om hun producten te gaan pushen via sterke marketingcampagnes, maar als dat niet gepaard gaat met innovatie riskeert dat zijn effect te missen. “De A-merkfabrikanten moeten dus blijven innoveren in de superioriteit van hun producten,” aldus doe-het-zelfkenner Vanden Abeele.
Wie wint bij deze oorlog?
Wie wint er bij de huidige kortingenoorlog, vraagt Yvon Vanden Abeele zich af? Het is wel fijn voor de consument, maar komt er ooit nog een einde aan? Kan aan die voor de retailers nefaste, neerwaartse spiraal nog een halt toegeroepen worden? “We zitten in een woelig economisch klimaat en we zien dat de retailers elkaar om de oren slaan met kortingsacties en hevige reclamestunts. De prijzenslag is geen korte aanval meer, het is gewoon constant. We zitten bijna in een discount-economie.”
Voor de relaties met leveranciers is het ook bijzonder kwalijk, waarschuwt Vanden Abeele, terwijl de consument de nieuwe situatie gewoon gaat worden. Het is dus maar zeer de vraag of er op langere termijn nog een weg terug is.
“Het is al meermaals gezegd geweest: de consumentenattitude van voor de crisis komt niet meer terug. De consument heeft nu geleerd om het met minder te doen, op de prijzen te letten en kritisch te zijn ten opzichte van wat hem aangeboden wordt.” Die instelling zal hij volgens Vanden Abeele dan ook niet meer vergeten, zelfs niet als de economie weer aantrekt.
Bouwmarkten in de winkelstraat
De benzineprijzen stijgen en de files worden steeds langer: de roep om gemaks- en buurtwinkels wordt in de voedingssector dan ook steeds groter. Volgt ook de doe-het-zelfsector met meer proximiteits- en binnenstadwinkels?
Tot nu toe is de enige die echt uitpakt met een binnenstedelijk concept en daar ook mee door lijkt te gaan Brico City. Wegen de voordelen op tegen de nadelen? Een kleine oppervlakte beperkt immers de assortimentsmogelijkheden en in de binnenstad wordt ook de bevoorrading moeilijker.
Uiteraard zijn ook de hogere huurprijzen een handicap, al kan de leegstand op B-locaties wel net in de kaarten spelen van de doe-het-zelvers. Hoewel Hubo’s Erwin Van Osta zelf zegt niet in het stadsconcept te geloven, was het wel zijn groep die in Spanje gretig gebruik gemaakt heeft van een bestaand net binnenstedelijke ijzerwinkels.
Eén ding staat evenwel vast, observeert Yvon Vanden Abeele: mensen beginnen anders met de auto om te gaan. In die zin is ook Hubo zijn plan om meer winkels in België te openen: “De mensen willen nu eenmaal maar maximum een halfuur rijden voor een hamer en nagels.”
Wie wordt ‘de Zappos van de DHZ’?
Dé uitdaging van het tijdperk is weliswaar het internet. Het verbaast Vande Abeele dan ook dat het in de sector zo stil is rond crosschannel. Leveranciers openen namelijk wel steeds vaker webshops voor consumenten en ook in het buitenland zien retailers mooie kansen op het wereldwijde web.
Castorama, bijvoorbeeld, beschouwt de webshop als een extra winkel die net als de andere winkels dient om te informeren, oriënteren en te verkopen. Vooral producten die in de winkels moeilijk of niet getoond kunnen worden en waarbij levering sowieso noodzakelijk is doen het er goed, zoals tuinhuisjes en zwembaden.
“Het is wellicht naïef om te denken dat het online kanaal niets voor de doe-het-zelfbranche is. Dat dacht men vroeger van schoenen ook, en kijk nu naar de razendsnelle veroveringstocht van Zappos,” aldus Yvon Vanden Abeele.
Hoe de grote spelers in de sector al deze vragen beantwoorden, verneemt u op 22 november op de retaildetail Night. Dan zal een panel bestaande uit Rudi Petit-Jean (Gamma), Paul Bonne (Henkel), Erwin Van Osta (Hubo), Stefaan Bourgonjon (Bosch) en Hendrik Vervenne (Compo) op het pre-seminarie ‘Heart to DIY & Homing’ precies deze vraagstukken voorgelegd zullen krijgen.
Zelf het seminarie van DIY & Homing op 22 november bijwonen? Schrijf u dan snel in, want de plaatsen zijn beperkt.