Voorzichtige expansie
Het modelabel van de Britse groep Arcadia (met een omzet van 3,13 miljard euro), opende vanochtend zijn allereerste Franse verkooppunt: een 176 m² grote winkel in de Galeries Lafayette in Parijs. Volgens CEO Philip Green is de keuze voor Parijs en voor de Galeries Lafayette vanzelfsprekend: “De mensen van Parijs en de toeristen die massaal naar de Galeries Lafayette afzakken, weten waar Topshop voor staat.”
Anders dan Primark, dat bij onze zuiderburen met een heus expansie-offensief bezig is, zweert Topshop bij de rustige aanpak. Net zoals het eerder in Duitsland en de Verenigde Staten deed, opende Topshop eerst een Franse webshop om de interesse van de jeugd goed in te schatten. Vervolgens opende het merk een corner in de Galeries Lafayette, en nu volgt er dus een heuse boetiek op de tweede verdieping van datzelfde Parijse luxewarenhuis.
Volgende stap: flagship op de Champs-Elysées
De boetiek in de Galeries Lafayette is voor Topshop geen eindpunt. Integendeel: topman Green wil “minstens één flagshipstore in de Franse hoofdstad. We zoeken al twee jaar naar de ideale locatie op de Champs-Elysées, richting Opéra of Saint-Germain-des-Prés.” Die winkel zou moeten onderdoen voor die aan Oxford Street in Londen (foto), die met z’n 8.000 m² verkoopoppervlakte gemiddeld 200.000 klanten per week ontvangt.
Topshop mikt vooral op originele creaties van een vijftigtal eigen ontwerpers, geregeld aangevuld met collecties van gastdesigners (onder wie Kate Moss). Het merk is wat duurder dan H&M en Zara (en zijn jongerenmerken Pull & Bear en Bershka). Net als bij de genoemde concurrenten wisselt ook het aanbod van Topshop heel snel. Daarom komt slechts een vijfde van de totale productie uit Azië, de rest wordt dichterbij geproduceerd.