De Chinese fastfashion-app Shein en de Amerikaanse modeketen Forever 21 hebben een opmerkelijke strategische samenwerking afgesloten. Een win-win voor de betrokken bedrijven, maar niet noodzakelijk voor de modesector of de planeet, zeggen critici.
Win-win
Shein neemt een participatie van één derde in Sparc Group, de eigenaar van Forever 21 sinds de doorstart van de modeketen in 2020. Sparc Group wordt op zijn beurt ook minderheidsaandeelhouder in Shein. De bedrijven willen nauw gaan samenwerken om hun bereik op de – in eerste instantie Amerikaanse – modemarkt te vergroten, melden Amerikaanse media.
Concreet zal Shein de fysieke winkels van Forever 21 gaan gebruiken als hubs voor het leveren en terugnemen van online bestellingen. Ook zal de Chinese app shop-in-shop afdelingen openen in de winkels van de Amerikaanse fastfashionketen. De collecties van Forever 21 worden dan weer beschikbaar in de app. Een duidelijke win-win voor beide partners.
Discutabel
Shein verkocht eerder al wel enkele externe merken – waaronder Skechers – en experimenteerde met fysieke pop-up winkels, maar deze deal lijkt toch een nieuwe fase in te luiden in de veroveringstocht van de Chinese mode-app, die nu wereldwijd al 150 miljoen gebruikers zegt te hebben. De onlinespeler krijgt straks toegang tot meer dan 400 fysieke winkels in de Verenigde Staten, die zich hoofdzakelijk in populaire shopping malls bevinden.
Beide modespelers mikken op een gelijkaardig publiek van jonge en prijsbewuste modeshoppers. Samen kunnen ze de prijzen mogelijk nog verder drukken, en net daarom maken waarnemers ook kritische kanttekeningen bij deze deal. Fast fashion heeft een enorme impact op het milieu: Shein brengt elke dag wel duizend nieuwe stukken uit, wat ook een onvermijdelijke afvalberg met zich meebrengt. De spotgoedkope kledij wordt vaak geproduceerd in discutabele arbeidsomstandigheden. Bovendien is de Chinese app verwikkeld in een reeks rechtszaken rond plagiaat.