Lingeriebedrijf Van de Velde, bekend van merken als Marie Jo en PrimaDonna, zag zijn omzet het voorbije jaar verder dalen. Door de kosten onder controle te houden kwam de brutobedrijfswinst wel een stuk hoger uit.
Badmode enige groeier
Van de Velde boekte in 2019 een omzet van 197 miljoen euro, een daling met 3% op vergelijkbare basis. Bij constante wisselkoersen namen de opbrengsten af met 3,6%. De retailomzet daalde met 3,7% en de inkomsten uit groothandelsactiviteiten liepen terug met 2,2%. In dat laatste segment compenseerde een groei van de badmodecollectie gedeeltelijk het omzetverlies in de lingerie-afdeling.
Het brutobedrijfsresultaat nam op vergelijkbare basis toe met 17% tot 41,9 miljoen euro, een stijging die Van de Velde toeschrijft aan “een strakke kostencontrole en een verhoogde focus op processen en optimalisatie van de diverse afdelingen“. Daardoor daalden de ‘overige uitgaven’ met 12,6 miljoen euro en gaf het lingeriebedrijf 2,3 miljoen minder uit aan personeelskosten.
De nettowinst zakte wel van 25,5 miljoen euro naar 21,2 miljoen euro, onder meer als gevolg van hogere afschrijvingen en een slechter financieel resultaat. Ook de verliescijfers van Top Form, een Aziatische lingerieproducent waarin Van de Velde een belang van 25% heeft, wogen op de winst.