De Belgische modeketen LolaLiza opende deze maand zijn honderdste winkel in Leuven, maar de oprichters, waaronder de broers Appelstein, zijn nog niet van plan om de expansie te staken. Vooral in het buitenland zien ze nog veel ruimte.
Snelle groei in moeilijke sector
LolaLiza werd in 2001 opgericht door de mensen achter de modeketen Appel’s en is in de voorbije 15 jaar uitgegroeid tot een keten die kan concurreren met andere bekende Belgische modeketens. Het is bovendien opvallend dat het dat deed in de sector van de dameskleding, waar de concurrentie de voorbije jaren moordend is en heel wat ketens het moeilijk hebben. LolaLiza zag zijn jaaromzet ondertussen echter al oplopen tot 114 miljoen euro.
LolaLiza, dat het levenslicht zag als Lola & Liza, kwam er nadat de Appelsteins besloten om in 2001 Appel’s van de hand te doen. “In die tijd vonden we het model van Appel’s niet meer up-to-date”, zegt LolaLiza-CEO Henri Appelstein aan De Tijd. “Het moest volledig vernieuwd worden, maar dat was heel moeilijk. Daarom hebben we ervoor gekozen te verkopen.” Hetzelfde jaar nog werd Lola & Liza opgericht.
Expansie naar buurlanden
De groei van de keten is te danken aan een aantal factoren. Zo stelt Gino Van Ossel dat de keten een succesvolle fastfashion-strategie heeft weten te installeren, terwijl het ondertussen ook nog eens een breed scala aan vrouwen weet aan te spreken. Daarnaast heeft de keten veel goedgelegen winkels, die ze zowel openen in het stadscentrum, shoppingcenters en langs drukke steenwegen. “Vandaag bevindt 40 procent van onze winkels zich in de periferie”, zegt Appelstein. “We zijn begonnen met baanwinkels, omdat we in de stadsrand veel groeipotentieel zagen.”
Slechts drie jaar geleden werd er besloten om een webwinkel te openen, maar ondertussen haalt die ook al evenveel omzet als de grootste winkel van de keten. Nu kijkt het bedrijf naar het buitenland en voornamelijk Nederland en Frankrijk. In Nederland heeft het momenteel vier winkels en tegen het einde van dit jaar zullen er acht zijn in Frankrijk. Ook in Duitsland zijn de eerste contacten al gelegd.