Strandhuis in Californië
Een radicalere transformatie is moeilijk voor te stellen: het cleane, strakke wit en rood dat de Esprit-winkel kenmerkte, moet plaats ruimen voor veel hout, retromeubels uit de jaren ’60, opvallend ruime paskamers en ettelijke zithoekjes. Dat daarbij rekruimte en zelfs een aantal kassa’s moesten sneuvelen, nemen ze er bij Esprit bij.
Bedoeling is de sfeer van het Californië van de jaren zestig op te roepen in de winkel, analoog met de origine van het merk. De retailer, die vandaag op de beurs van Hongkong noteert, gaat er namelijk prat op dat het in 1968 in San Francisco werd opgericht door een zekere Susie en Doug Tompkins, die op het hoogtepunt van de ‘flower power’ in een VW-busje hun zelfontworpen textiel aan de man brachten.
Het ‘Californië van de Sixties’-verhaal wordt zelfs doorgetrokken in de decoratie en de designers: de pashokjes zijn voorzien van stoeltjes van Charles en Ray Eames en overal in de winkel vindt men keramieken vazen van de ‘golden coast’. De hedendaagse technologie mag echter niet ontbreken: met touchscreentablets kunnen naast de online catalogus ook de laatste evenementen in het Antwerpse worden opgezocht, en voor de verlichting werd beroep gedaan op de LED-technologie van Philips.
Investeren in plaats van saneren
De vernieuwing maakt deel uit van het transformatieprogramma dat Esprit in 2011 heeft aangekondigd, waarbij tegen 2015 alle eigen winkels een opfrisbeurt moeten krijgen. Daarvoor trekt Esprit, ondanks de winstdaling van 74% in het eerste semester van zijn gebroken boekjaar, 280 miljoen euro uit, in de hoop dankzij een verbeterde winkelbeleving de merkwaarde weer te versterken en – uiteindelijk – ook de winstgevendheid op te krikken.
Esprit experimenteert echter nog volop met zijn Lighthouse-concept: zo werd voor de Antwerpse vestiging beroep gedaan op het Amerikaanse architectenbureau Standard, terwijl de Duitsers Reich en Wamser instonden voor de eerste concept store in Keulen. De Antwerpse resultaten zullen dus mee de finale vormgeving bepalen en de winkel zal ook in de toekomst als een laboratorium dienen om nieuwe concepten en producten te testen.