Boohoo geeft toe dat er verschillende “onaanvaardbare” misstanden zijn ontdekt in de toeleveringsketen van de modegroep. Dat blijkt uit eigen onderzoek na beschuldigingen van slavernij.
Moderne slavernij
Fast-fashionlabel Boohoo kwam deze zomer in het oog van een mediastorm terecht nadat de krant The Sunday Times de kledingproducent van moderne slavernij beschuldigde, nota bene in een atelier in de Britse stad Leicester. De Britse modegroep, die uitblinkt in bijzonder snelle productietijden en trendy kleding aan lage prijzen, werkt omwille van de korte doorlooptijden vooral met fabrieken dichtbij huis en niet met het Verre Oosten.
Ook op de thuismarkt blijkt er echter uitbuiting te zijn: volgens de krant verdienden naaisters 3,89 euro per uur, werkten ze in erbarmelijke omstandigheden en waren ze onvoldoende beschermd tegen het coronavirus. Nadat grote afnemers, zoals onlinemarktplaatsen Asos en Zalando, prompt de samenwerking stopzetten en ook belangrijke influencers zich tegen het merk keerden, startte Boohoo een eigen onderzoek.
“Niet opzettelijk”
Het onderzoek heeft nu “belangrijke en duidelijk onaanvaardbare problemen in onze toeleveringsketen aan het licht gebracht”, geeft CEO John Lyttle toe. De retailer geeft geen details, maar sommige werknemers zijn inderdaad niet altijd correct verloond en veel werknemers waren zich volgens het rapport niet volledig bewust van hun rechten en plichten, schrijft Reuters. Al is er ook een positieve noot: Boohoo blijkt “niet opzettelijk” slechte voorwaarden en lage lonen toe te staan, en “het bedrijfsmodel is niet gebaseerd op het exploiteren van arbeiders”.
Boohoo erkent in een persverklaring dat er dringend nood is aan verandering. Er zijn al zes concrete stappen gezet om op de waakzaamheid te vebeteren, waaronder de benoeming van nieuwe onafhankelijke bestuurders in de raad van bestuur, de oprichting van twee comités en het thema wordt een vast punt op de vergaderingen van de raad van bestuur. “Het is duidelijk dat we verder en sneller moeten gaan”, aldus Lyttle.