Vergelijkbare omzet: -10%
Het Amerikaanse modeconcern maakte bekend dat zijn omzet op vergelijkbare basis (winkels open langer dan een jaar inclusief de webshop) met 10% is gedaald het voorbije kwartaal. Analisten hadden rekening gehouden met een daling van slechts 2,5%.
Op zijn Amerikaanse thuismarkt, nog altijd goed voor 63% van de verkoop, daalde de omzet op vergelijkbare basis 11%; buiten Amerika bedroeg de daling 7%. Vooral Hollister incasseert klappen: die keten zag zijn vergelijkbare omzet met liefst 13% krimpen. Bij zusterketen A&F bleef de daling beperkt tot 6%; bij A&F Kids ging er 3% af.
Volgens CEO Mike Jeffries was het tweede kwartaal moeilijker dan verwacht door minder winkelbezoek en een zwakkere omzet in het damessegment. Mogelijk krijgt de retailer dan toch de retailer dan toch de rekening gepresenteerd voor het “bewust uitsluiten van mollige mensen“, zoals een analist eerder dit jaar opperde.
Niet langer hipper dan hip?
Met de nieuwe winkels erbij kwam de modegroep uit op een kwartaalomzet van 945,7 miljoen dollar (-0,6%), maar analisten hadden gerekend op 996,2 miljoen dollar. Het enige lichtpuntje was de groei van de internationale omzet met een mooie +15%.
Hoe dan ook zet de dalende trend zich door, want ook aan het eerste kwartaal beleefde de groep niet veel plezier. In mei klonk het nog dat de daling een gevolg was van problemen om de rekken tijdig gevuld te krijgen. Nu is duidelijk dat er méér aan de hand is: “Een generatie klanten is vertrokken en voor de nieuwe generatie is Abercrombie niet cool meer“, zegt Erik Gordon, professor aan de Ross School of Business, aan persbureau Reuters.
Jeffries zelf lijkt het voor één keer ook niet echt te weten: “Onze beste theorie? Terwijl de consumenten een beter gevoel krijgen bij de algemene economische toestand, lijkt dat minder het geval te zijn bij de jonge consument. Blijkbaar geven jongeren hun geld liever uit aan andere dingen.”