Adidas verkoopt dochtermerk Reebok. Het sneakermerk doet het niet goed en Adidas wil zich volledig gaan concentreren op het eigen merk.
“Beter los van elkaar”
Er waren al langer geruchten over, maar Reebok staat vanaf nu officieel in de etalage. Moederbedrijf Adidas laat weten het sneakermerk af te stoten, na een strategische revisie eind vorig jaar. Al vanaf het eerste kwartaal van dit jaar zet de Duitse groep Reebok te boek als “stopgezette activiteiten”.
“Reebok en Adidas zullen hun groeipotentieel onafhankelijk van elkaar aanzienlijk beter kunnen realiseren”, aldus CEO Kasper Rorsted tegenover CNN. “We zullen de komende maanden ijverig werken om een succesvolle toekomst voor het merk Reebok en het team erachter te verzekeren.”
Turnaround mislukt
Adidas nam Reebok in 2006 over voor 3,8 miljard dollar, vooral met de bedoeling om de greep op de Amerikaanse markt – het territorium van rivaal Nike – te versterken. Destijds had Reebok kledingcontracten met de basketballers van de NBA en de National Football League (NFL).
Maar de laatste jaren verliest het merk marktaandeel. Een turnaround-plan in 2016, met een tijdelijke heropleving in 2018 en sponsorcontracten met beroemdheden zoals Ariana Grande en Cardi B, mocht helaas niet baten: in 2020 vertegenwoordigde Reebok nog maar 7% van de omzet van Adidas. In 2010 was dat nog zo’n 18%.
Geen coronagroei
Het voorbije kwartaal deed de deur helemaal dicht: de omzet daalde met 7%, terwijl er door de coronapandemie net een grote vraag is naar sportieve en comfortabele kleding. De omzet bij Adidas zelf daalde ondertussen met 2%, dus ook daar is werk aan de winkel. Toch gelooft CEO Rorsted dat “de groeimogelijkheden in de sector op lange termijn zeer aantrekkelijk zijn, vooral voor iconische sportmerken”, dus komt voortaan de focus te liggen.
Als mogelijke overnamekandidaten worden de eigenaar van Vans en The North Face VF Corp en het Chinese Anta Sports genoemd. Ook Authentic Brands Group, dat de zakelijke rechten rond basketbalicoon Shaquille O’Neal bezit, is een kanshebber. Mogelijk kan het merk ook zelfstandig verdergaan.