Levensmiddelen- en hygiënegigant Unilever had het voorbije kwartaal behoorlijk wat last van valutaschommelingen. De omzet zakte met 4,8%, zonder die schommelingen zou er 3,8% bijgekomen zijn. Al is er meer aan de hand, want zelfs die groei was een tegenvaller.
Volumegroei én hogere prijzen
De kwartaalomzet klokte af op 12,5 miljard euro, 4,8% lager dan in hetzelfde kwartaal een jaar eerder, ondanks volumegroei (+2,4%) en hogere prijzen (+1,4%). Ook die groei van 3,8% zonder wisselkoersen zou echter nog altijd onder de verwachtingen blijven: de analisten hadden gerekend op een stijging met 4,3%.
“De groei versnelde tijdens het derde kwartaal in al onze divisies”, zegt de Nederlandse CEO Paul Polman. “We slaagden erin onze prijzen te verhogen en tegelijk een mooie volumegroei te behouden, wat de sterkte van onze merken en de kwaliteit van ons innovatieprogramma onderstreept. Onze focus op de lange termijn blijft zorgen voor kwalitatieve groei.”
Voor de rest van het jaar blijft de producent van o.a. Knorr, Magnum, Lipton en Dove vasthouden aan zijn eerdere prognoses: “Een onderliggende verkoopgroei van 3 tot 5%, een verbetering van de onderliggende operationele marge en een sterke cashflow. Onze 2020-doelstellingen blijven binnen handbereik.”
Na de mislukte poging om de tweehoofdige bedrijfsstructuur te versimpelen en alles naar Nederland over te hevelen, waren de kwartaalresultaten dus weer een tegenvaller voor Unilever.