Komaf maken met “lange traditie van uitbuiting”
Berichten van migranten uit Myanmar en Cambodja over slaafse omstandigheden aan boord van de Thaise vissersboten leidden vorig jaar tot flink wat internationaal protest van mensenrechtenactivisten en VN-organisaties. De verontwaardiging was zo groot dat heel wat distributeurs – in ons land onder meer Carrefour en Colruyt – de samenwerking met hun Thaise leverancier(s) opschortten.
De Thaise overheid heeft nu een rist maatregelen afgekondigd om paal en perk te stellen aan die gangbare praktijk. Voortaan moeten alle arbeiders worden geregistreerd, moeten de booteigenaars jaarlijks 30 dagen vakantie garanderen en moeten ze minstens tien uur rust per werkdag inlassen. Dat heeft de viceminister van Buitenlandse Zaken Don Pramudwinai gisteren officieel bekendgemaakt.
Mensenrechtenorganisaties blijven sceptisch
Het nieuws wordt niet meteen op luid applaus onthaald bij mensenrechtenorganisaties. Zo toont Fortify Rights zich veeleer sceptisch: de organisatie denkt niet dat de nieuwe regelgeving snel en goed zal worden nageleefd. “Uitbuiting van migranten kent een lange traditie in Thailand”, stelt directrice Amy Smith. “We betwijfelen dat deze regels omgezet en gecontroleerd zullen worden.”
Volgens een onderzoek van de Internationale Arbeidsorganisatie (ILO) heeft 17% van de arbeiders op Thaise vissersboten melding gemaakt van uitbuiting en misbruiken.