Voor het eerste in meer dan 20 jaar heeft Ter Beke verlies geleden. Door de coronacrisis kookten consumenten vooral zelf en dat ging ten koste van de bereide maaltijden van de versevoedingsgroep.
Dioxinecrisis
De totale omzet van Ter Beke daalde vorig jaar met 1,5% tot 717 miljoen euro. Het operationeel resultaat (ebit) zakte met een vijfde en kwam uit op 4,8 miljoen euro. Netto ging het bedrijf uit het Oost-Vlaamse Lievegem 2,5 miljoen euro in het rood, meteen het eerste verlies sinds 1999, toen de dioxinecrisis het concern hard raakte.
Het verlies is mede het gevolg van verschillende herstructureringen die Ter Beke doorvoerde in Nederland en België, meldt De Tijd. Daarnaast speelde de hoge prijs voor varkensvlees het bedrijf parten. Vooral in het Verenigd Koninkrijk woog ook de sluiting van de horeca als gevolg van de coronacrisis op de afdeling bereide maaltijden. Via zijn Britse dochter KK Fine Foods, is Ter Beke een belangrijke leverancier van de pubs. De divisie bereide maaltijden is al jaren de meest winstgevende van het concern, maar afgelopen jaar viel die winst terug van 25 naar 19 miljoen euro. “De consument kookte in dit crisisjaar meer en koopt dus minder bereide maaltijden”, zei de onderneming daarover.
Ondanks de tegenvallende cijfers kon Ter Beke wel zijn schuldenlast afbouwen tot zowat 100 miljoen euro. Voor het huidige jaar verwacht het bedrijf een hogere ebitda. Wie de nieuwe CEO wordt, is nog niet geweten. Begin dit jaar kondigde huidig topman Francis Kint aan het voedingsbedrijf te zullen verlaten op 30 juni.
