Ondanks de hogere kosten die de coronapandemie met zich meebrengt, verwacht Colruyt Group dit boekjaar toch minstens evenveel winst te maken als vorig jaar. Dat verklaarde de retailer op z’n Algemene Vergadering.
Probleem met prijsperceptie
De coronacrisis had uiteenlopende effecten voor Colruyt Group, zo verklaarde voorzitter Jef Colruyt in z’n toespraak. De voedingswinkels kenden grote omzetstijgingen, de non-foodwinkels moesten tijdelijk de deuren sluiten. Naar aanleiding van de pandemie deed de groep bijkomende investeringen om de veiligheid en de gezondheid van klanten en medewerkers te garanderen. Ook kregen de medewerkers additionele vergoedingen. Toch zal het nettoresultaat van het lopende boekjaar minstens dat van het vorige evenaren, zegt de topman. Al kan dat resultaat nog wel beïnvloed worden door de grote onzekerheid die de crisis met zich meebrengt. De retailer boekte afgelopen boekjaar een winst van 380 miljoen euro.
Dat Colruyt tijdens de lockdown marktaandeel verloor, is volgens operationeel directeur Marc Hofman te wijten aan het feit dat consumenten vaker de buurtwinkel bezochten. Maar met de Colruyt-formule is niets mis, zegt hij in De Standaard: “In periodes dat corona minder leeft bij de mensen, krijgen we opnieuw meer klanten in onze supermarkten.” De retailer opent zelf meer kleine winkels dan grote en blijft inzetten op z’n laagsteprijzenstrategie. Wel is er een probleem van perceptie: door het verbod op promoties stegen de voedingsprijzen en dat was bij Colruyt meer zichtbaar dan bij andere retailers, omdat de discounter z’n prijzen afstemt op die van de concurrenten. Het bedrijf verwacht opnieuw meer concurrentie, onder andere door de ambities van Albert Heijn en Jumbo in Vlaanderen.