Is suiker het nieuwe tabak? En: hoe verantwoord is de industrie bezig? Voor een blik vanuit wetenschappelijke hoek op de gezondheidsaspecten van suiker ging RetailDetail Food te rade bij voedingsdeskundige professor Patrick Mullie van de VU Brussel.
Monopoly spelen
Is suiker inderdaad het nieuwe tabak?
“Ja en neen. In essentie komt gezondheid natuurlijk niet in modegolven. De dramatische stijging van obesitas als maatschappelijk probleem is geen hype. Na vele jaren volgehouden inspanningen en acties is het aantal rokers tot beneden de 20% gedaald; dat is geen hippe trend. Overconsumptie, met name van vet en suiker, vergt een behandeling die dramatisch zal zijn, die maatschappelijke verschuivingen vereist en die economisch pijn zal doen. De voedingsindustrie draait niet overal suiker in om ons kapot te maken, hé. Ze speelt mee in een complex economisch gezelschapsspel, met als ultieme doelstelling haar winsten te vergroten. Dan sla je niet zomaar even om.”
Hoe verantwoordelijk is de industrie?
“Zij spelen volgens de spelregels van het economische Monopoly. Dat de winst op snacks groter is dan op groenten en fruit is gewoon een economische realiteit. Als er manipulatie en misleiding van de consument in het spel is, spreken we over iets anders. Als melkchocolade van een of ander private label per 100 gram 57 gram suiker bevat, dan is dat product niet erg gezond én tegelijk goedkoop. Maar we moeten daar niet flauw over doen: het staat ook op de verpakking, hé. Wie cheeseburger eet en cola drinkt, weet waar hij voor kiest, nietwaar.”
Dictatuur van ‘gezond’
Moet de consument het maar uitzoeken?
“Het probleem is dat er veel winst te rapen valt met ongezonde voedingsmiddelen. Snacking is een maatschappelijk gegeven en daarbovenop maakt de marketing ons dingen wijs. Pervers is bijvoorbeeld dat je koekjes per drie verpakt. Vooral de dosis bepaalt immers de schade. Hoge dosissen van goedkope producten zijn het interessantst voor de handel, wat ertoe leidt dat het evenwicht zoek raakt. We moeten ook niet overhellen naar een ‘dictatuur van gezond’, maar tegen een Rode Duivels-campagne voor Coca-Cola kan geen enkele sensibilisering op.”
Wat is de hefboom voor verandering?
“Kijk, de industrie is geen bende gangsters en bandieten met een vooropgezet plan. Het gaat om een scheefgegroeide situatie en de overheid zal moeten reguleren om erop toe te zien dat de consument niet slechts van één kant beïnvloed wordt. Met vormen van economische ondersteuning kan men van gezonde voeding de gemakkelijkste keuze maken; een keuze voor ‘ongezond’ blijft daarnaast mogelijk, maar is misschien minder aantrekkelijk of voor de hand liggend. De handel kan wel zijn goede wil laten zien, maar vaak zal dat eenmalig zijn, want de industrie zit gevangen in een web van contracten, deals, winstmarges en profit.”
Associatie met obesitas
Brengt een gezondheidsbelasting iets bij?
“Het verder motiveren van de al gemotiveerden alleen volstaat alleszins niet. In Finland krijgen de schoolkinderen een gratis maaltijd met gezonde, lokale producten, punt. Een belasting op wat ongezond is, kan economische ademruimte geven aan wat gezond en lokaal is, zodat daarvoor een correcte prijs toch haalbaar blijft. Het perverse van een suikertaks vandaag is dat je een belasting gaat heffen om een effect tegen te gaan – namelijk overconsumptie van suiker – nadat je dat effect met subsidies zelf in het leven hebt geroepen. De subsidies hebben suiker immers zo onrealistisch goedkoop gemaakt, dat op de verwerking ervan geen maat staat.”
Zijn er te veel “nutricient rich products”?
“Kijk, de preventie van obesitas is niet een probleem van vermageren, maar van vermijden dat toekomstige generaties nog even veel suiker en andere voedingsstoffen blijven verbruiken. De producenten zelf houden wellicht ook niet van de associatie tussen hun product en obesitas. Het venijn zit in de geconsumeerde hoeveelheden. Als ontbijtgranen veel suiker bevatten, dan kun je dat product, waar op zich niets tegen is, beter met mate consumeren. Eén koekje is niet zo’n probleem, een hele doos ineens opeten tijdens één avondje tv is dat wel. Het is minder zwart-wit dan het rookwarenverhaal. Er is het totale voedingspatroon, lichaamsbeweging…”
Harde concurrentiestrijd
Wat met de zogenaamde ‘verborgen suikers’?
“In soep of kant-en-klare slaatjes verwacht de consument hoegenaamd geen suiker. Als je hem erop wijst, is hij verrast. Maar ja, we hebben graag een zoete smaak, suiker is erg goedkoop en het helpt om een mindere smaakkwaliteit te maskeren. Waarom zou de industrie het dus niet doen? Het wordt gemakkelijker als de overheid quota oplegt, zoals voor zout, want dan hoeft de producent niet zelf het initiatief te nemen en gelden voor iedereen dezelfde normen.”
Is stevia een valabel alternatief voor suiker?
“Het smaakt anders en bevat niet per se minder calorieën. Voor de obesitasproblematiek is het dus niet meteen een oplossing. Wel om de overconsumptie van suiker tegen te gaan, maar een handicap is dat stevia aanzienlijk veel duurder is dan suiker. De concurrentie is hard en elke kostenbesparende factor speelt een rol. Marges zijn laag op grondstoffen en hoog op snacks. Met de productie van fruit en groenten maak je niet even vlot grote winsten als met snacks.”
Over zin en onzin…
Zijn marketingverhalen een grote boosdoener?
“Als we de VS over een tiental jaren ingehaald hebben, zal het obesitasprobleem ook bij ons gigantisch zijn. Het gaat duidelijk niet om een genetische evolutie. De industrie heeft ons niet letterlijk tot suikereters opgevoed, maar heeft rond suiker wel een bepaald imago gecreëerd én heeft winstmaximalisatie gezocht. De effecten van dat alles tegenspreken vergt véél uitleg.”
Krijgt gezondheidspromotie poot aan de grond?
“Voeding is oneindig veel complexer dan het verband uitleggen tussen roken en longkanker. De onderlinge tegenspraak die welig tiert, is een terecht argument maar tevens een paraplu. Sommigen proberen met hoge prijzen en forse marges hun brood te verdienen en snel rijk te worden met iets dat wetenschappelijk onzin is, zoals de superfoods of vitaminesupplementen, maar de economische wetmatigheid biedt hen daartoe dan ook volop de ruimte…”