Jumbo blaast in 2023 de aftocht in België, meent RetailDetail-oprichter Jorg Snoeck. “Op de Nederlandse thuismarkt hebben ze genoeg op hun bord, waarom de verliezen blijven opstapelen?”
Geel Gevaar in gevaar?
“Als ik een voorspelling mag doen voor 2023, is het dat Jumbo België alweer verlaat”, zegt Snoeck. In 2019 gaf de opening van de eerste Jumbo-supermarkt in Pelt nog letterlijk en figuurlijk vuurwerk, maar van dat zo geduchte ‘Gele Gevaar’ valt vandaag niet veel te vrezen. Of beter: er zijn ondertussen grotere gevaren, niet het minst voor Jumbo zelf.
De ambitie was van bij de start honderd winkels te openen binnen de vijf jaar. Dat heette zelfs maar een “minigetal” te zijn om de nodige schaal te bereiken. Vandaag eindigt Jumbo het jaar met 27 winkels in België. De kaap van de honderd is verschoven naar 2027, terwijl het Nederlandse moederbedrijf voor de tweede keer fors moest subsidiëren. In twee jaar tijd kreeg de verlieslatende Belgische tak al 45 miljoen euro geïnjecteerd.
“Ze moeten nog zeker twee tot drie jaar zo blijven investeren. De vraag is of dat de moeite loont”, aldus Snoeck. Voor Jumbo wordt het dus een belangrijk jaar om knopen door te hakken: “cut your losses” of blijven meevechten in deze bloedige strijd?
Pech met de timing
De Belgische expansie gaat duidelijk niet naar wens. Toegegeven, de Nederlanders hebben een stuk pech: er is sinds de Belgische lancering nog geen “normaal” jaar geweest. Eerst zette de coronapandemie een rem op de expansieplannen, nu is er de kostencrisis die zeker in de foodretail ongemeen hard woedt. Terwijl de supermarktprijzen stijgen, klimmen de infrastructuur- en personeelskosten mee en voeren de Belgische retailers een verbeten concurrentiestrijd om de consument toch maar te houden. De marges hollen razendsnel uit, zoals ook Colruyt recent mocht ondervinden.
“Zo’n 30% van de 4.500 Belgische supermarkten dreigt volgend jaar in de problemen te komen, als de kosten nog verder stijgen. En dat is al zeker het geval, kijk maar naar de loonindexatie in januari. Zo’n systeem van automatische loonindexering kennen ze in Nederland trouwens niet, dat is uniek aan België”, merkt Snoeck op.
Bovendien is het in de sector momenteel erg moeilijk om personeel te vinden. Met het vinden van locaties heeft Jumbo het al even lastig. “Bij het zoeken naar panden staat de nieuwkomer achteraan in de rij. De vastgoedspelers, die de markt goed kennen, bellen eerst naar de ketens waar ze al jaren mee samenwerken. Ze kunnen ook minder gunstige huurprijzen bedingen als ze dan toch een A-locatie vastkrijgen. Voor Albert Heijn was dat in het begin ook zo.”
Nederland roept om aandacht
Zeker nu gewezen topman Frits van Eerd voor onbepaalde tijd een stap opzij heeft gezet, omwille van zijn betrokkenheid bij een witwasonderzoek naar het auto- en motorracecircuit, lijkt de kans groot dat Jumbo zijn verliezen tracht te beperken. Voormalig financieel directeur Ton van Veen heeft de fakkel overgenomen en dat is “veel meer een cijferman”, weet Snoeck.
In die cijfers zijn ook op de Nederlandse thuismarkt heel wat hoofdbrekens te zien. De omzet en het marktaandeel stagneren er, terwijl andere dochterketens dringend aandacht behoeven. Hoewel Hema het in België wel goed doet, gaat het in Nederland met de nieuwe dochterketen minder. Eigenaarsfamilie Van Eerd kocht Hema in 2020, maar moest die afgelopen voorjaar al flink in de kosten laten snoeien. Ook La Place komt maar niet van de grond. “Daar moet nog veel geld in worden gepompt.”
“Ze zullen zich weer gaan focussen op de thuismarkt, waar Jumbo als nummer twee een veel belangrijkere positie te verdedigen heeft dan in België. De directie geeft zelf toe zich te verslikken in de cultuurverschillen, last te hebben met vergunningen en de Belgische consument nog niet genoeg te doorgronden. Waarom dan koste wat kost blijven doorduwen”, vraagt Snoeck zich luidop af.