Nestlé test blockchaintechnologie om de traceerbaarheid van melk uit Nieuw-Zeeland te verbeteren. Het voedingsbedrijf wil de technologie uiteindelijk ook inzetten voor palmolie in Latijns-Amerika.
Naar volledige transparantie
Nestlé zal voor het project gebruik maken van OpenSC, een blockchainplatform ontwikkeld door WWF Australië in samenwerking met BCG Digital Ventures. OpenSC kan individuele producten volgen van producent tot consument en is toegankelijk voor iedereen. Het doel is om bedrijven en consumenten te helpen om illegale, schadelijke of onethische producten te vermijden en tegelijkertijd de transparantie van de toeleveringsketen te verbeteren.
Het Zwitserse voedingsmiddelenconcern wil de technologie eerst testen om melk van Nieuw-Zeelandse boeren te volgen tot bij melkerijen en opslagplaatsen in het Midden-Oosten. Nadien wil het bedrijf hetzelfde doen met de (omstreden) palmolie uit Latijns-Amerika. De testen moeten Nestlé in de eerste plaats leren hoe schaalbaar het systeem is.
“Dit is een belangrijke stap naar de volledige transparantie van onze toeleveringsketens, zoals aangekondigd door Nestlé in februari”, zegt Benjamin Ware, hoofd verantwoorde inkoop van het bedrijf.
Omstreden maar belangrijk
In 2017 deed Nestlé ook al testen met blockchaintechnologie via IBM Food Trust. Vorig jaar werkte het bedrijf bovendien samen met Carrefour in Frankrijk, waarbij klanten via de technologie de herkomst van de aardappelpuree Mousline konden opzoeken.
Palmolie is een belangrijke grondstof voor Nestlé. In 2016 nam het zo’n 460.000 ton palmolie af van diverse producenten uit Amerika, Azië en Afrika. In 2018 zette het concern de samenwerking met Repsa uit Guatemala stop, na berichten over milieuschade en corruptie bij de productie van de olie.