Albert Heijn België neemt voorlopig geen werknemers met vaste contracten meer aan. Op die manier hoopt de distributeur getroffen medewerkers uit de acht vestigingen die de groep van de hand moet doen, elders een baan te kunnen geven.
Toekomst 453 medewerkers op het spel
Gisteren zaten vakbonden en directie bij Albert Heijn België een eerste keer samen om de toekomst te bespreken van de 453 medewerkers uit de acht vestigingen die de groep moet afstoten. Dinsdag heeft de Belgische Mededingingsautoriteit de fusie tussen Delhaize en Ahold goedgekeurd, op voorwaarde dat acht Albert Heijn-winkels en vijf Delhaize-vestigingen sluiten. Een concrete timing is er niet: mogelijk blijven de winkels nog tot eind dit jaar open.
“De Mededingingsautoriteit heeft enkel probleemzones aangeduid en Ahold heeft beslist welke vestigingen zullen verdwijnen”, zegt Thomas Baeyens van de socialistische vakbond BBTK aan persbureau Belga. “Dat 8 van de 31 geïntegreerde winkels verdwijnen, wijst volgens ons op een uitdoofscenario voor geïntegreerde winkels.” Feit is dat Albert Heijn voorlopig geen vergunningen meer heeft om nog nieuwe winkels te openen.
Volgens de bonden heeft de directie alvast toegezegd geen nieuwe vaste contracten meer aan te werven. Waar er plaatsen vrijkomen, zulen die prioritair naar de getroffen medewerkers gaan, klinkt het.
Op 5 april staat een nieuwe vergadering gepland. Daar hopen de bonden antwoorden te krijgen op hun vragen. Behalve een premie om de betrokkenen gemotiveerd te houden, eisen de bonden ook het behoud van dezelfde loon- en arbeidsvoorwaarden bij een nieuwe eigenaar. Ze wijzen erop dat werknemers uit de geïntegreerde winkels onder een ander paritair comité vallen dan hun collega’s in de franchisewinkels, waardoor ze betere loon- en arbeidsvoorwaarden genieten. En die willen ze kost wat kost behouden zien.