Flessenwater komt steeds meer onder druk te staan, vooral door het milieuonvriendelijk imago. Tapinstallaties die kraantjeswater filteren, worden steeds populairder: dat biedt kansen aan nieuwe bedrijven, maar ook voedingsreuzen als Danone en Nestlé nemen hun voorzorgen.
“Geen duurzaam model”
Volgens Moritz Waldstein, CEO van Mitte Water Lab, bestaat het flessenwater zoals we dat vandaag kennen over dertig jaar niet meer. De Duitse start-up ontwikkelde een toestel dat kraantjeswater filtert en er mineralen of smaken aan toevoegt. Het bedrijf haalde 273.000 euro op via crowdfunding, maar krijgt ook steun van voedingsbedrijven Oetker en Danone. Tapinstallaties zullen de dienst uitmaken, zegt de topman aan Kanaal Z: “Er zal nog altijd een markt zijn voor gebotteld water, maar meer voor ‘on the go’. En het zullen eerder premiummerken zijn. Maar de markt zal maar een fractie uitmaken van die van vandaag.”
Sodastream kwam als eerste met met een soortgelijk toestel op de markt, en dat bleek zo’n succes dat PepsiCo er in 2018 3,2 miljard dollar (2,9 miljard euro) voor over had om dat bedrijf over te nemen. De grote watermerken zien dat hun business onder druk komt, stelt Waldstein. Wat ze doen, is niet erg duurzaam. Er is veel plastic nodig en bij het transport komt ook veel CO2 vrij.
Concurrenten zitten niet stil
Danone heeft intussen de Evian renew gelanceerd, een toestel dat werkt met waterballonnen van 5 liter. In vergelijking met de traditionele flessen is er 66% minder plastic nodig. Nestlé, eigenaar van de merken Vittel en Perrier, test dan weer de Refill Plus, waarvan de verkoop nog dit jaar zou starten.
Toch is de markt voor flessenwater nog niet over zijn hoogtepunt heen, menen analisten. Ze schatten dat de omzet de komende drie jaar nog met een kwart zal groeien naar 171 miljard dollar (156 miljard euro), vooral onder impuls van de toenemende vraag in Azië.