Hoe voorlopig is een tijdelijk uithangbord? Is er in de harde FMCG-wereld nog ruimte voor naïeve wereldverbeteraars? Ervaren avocado’s pijn? Prangende vragen alweer, maar iemand moet ze stellen. Niet voor gevoelige lezers, deze Filet Pur.
Potten breken
Hardnekkig steeds hetzelfde proberen en toch een ander resultaat verwachten: dat was volgens mijn goede vriend Albert Einstein de definitie van waanzin. Afgaande op die omschrijving zou je kunnen concluderen dat er véél waanzinnige managers en ondernemers rondlopen op deze aardkloot, maar wereldverbeteraar Jouri Schoemaker is er daar níét een van. Hij blijft wel koppig beweren dat een verpakkingsvrije webwinkel rendabel kan worden, maar hij belooft dat hij het deze keer helemaal anders gaat aanpakken. Als dat maar geen prietpraat is.
Want ja, met een grote pot geld van zijn idealistische fans maakt Pieter Pot volgende week dus écht zijn duurzame doorstart, ook bij ons. De startup gaat de bokalen niet langer zelf vullen en weer afwassen, beperkt de bezorgtijden en verlaagt het statiegeld naar één euro. Of dat zal volstaan om weer potten te breken, zullen we snel weten. Het blijft immers een breekbaar model, en scherven brengen maar geluk tot je je eraan snijdt. Of de trouwe klanten blij zijn met de regeling voor de oude statiegeldtegoeden die Schoemaker voorstelt, is ook een open vraag. Ze krijgen tenminste nog íéts, in tegenstelling tot de andere schuldeisers.
Dwaze sekte
Met idealen hoef je sinds het vertrek van Paul Polman bij Unilever niet meer af te komen: hèhè, ze zijn er eindelijk van af, van die activistische lastposten van Ben & Jerry’s. Als je een bende overjaarse idealistische hippies overneemt, dan weet je wat je in huis haalt: een zootje ongeregeld waar geen land mee te bezeilen valt. Bemoeials die per se uitgesproken standpunten menen te moeten innemen over de klimaatopwarming en de oorlog in Gaza, in plaats van gewoon te doen waarvoor ze betaald worden: zoveel mogelijk ijsjes verkopen tegen een zo hoog mogelijke prijs. Hoe moeilijk kan het zijn?
Het geduld van topman Hein Schumacher is allesbehalve eindeloos, dus ijskoud besliste hij: die dwaze sekte moet per direct de deur uit. Ongezonde en milieuonvriendelijke rommel is het per slot van rekening, die overdosissen suiker in energieverslindende diepvrieskisten. Korte metten daarmee. Unilever verdient veel meer centjes met cosmetica en onderhoudsproducten. Dat die vol microplastics zitten, en verpakt in onbetamelijke hoeveelheden wegwerpplastic, dat is een probleem voor later, als de balans is opgekuist. De beleggers applaudisseren.
Tijdelijk overtijd
Vorige week voorspeld, deze week bevestigd: de Vlaamse exit van Intermarché is een feit, geheel volgens de verwachtingen. Wat hadden die verdwaalde Musketiers hier ook te zoeken? De overnamehonger van Colruyt Group bleek nog niet helemaal gestild: na Match en Smatch was er nog wat plaats voor een dessert, in de vorm van die twee schromelijk verwaarloosde supermarkten in Tienen en Aarschot. Waar de marktleider al wel winkels heeft, maar toch nog voldoende potentieel ziet. Ik denk dat het simpel is: heb je waar dan ook een supermarkt op overschot, bel dan Halle en suggereer dat Jumbo ook interesse heeft. Deal binnen de tien minuten!
Intussen is de ombouw van 38 van de 57 overgenomen Match- en Smatch winkels naar het provisoire merk CoMarkt/CoMarché volop bezig: tegen 8 april moet die operatie zijn afgerond. Goed nieuws voor de klanten: de prijzen zakken er met minstens 10%, terwijl er voorlopig weinig verandert qua aanbod, medewerkers en openingsuren. Ze boffen maar: de koelmeubels worden er nog niet vervangen door zo’n ijzige reuzenfrigo. Tijdelijk is bij Colruyt een heel relatief begrip, weliswaar. Bij de voormalige Alvo in Bouwel hangt dat interimaire CoMarkt-enseigne nu vijf jaar aan de gevel, en ook de vroegere AD Delhaize in Humbeek draagt diezelfde tussentijdse naam al trots sinds de overname in de zomer van 2020. Zo zie je maar.
Niet knijpen!
En dan nog dit. Dat supermarkten ruwweg de helft van hun avocado’s moeten weggooien omdat kieskeurige shoppers er onophoudelijk in knijpen, is genoegzaam bekend. Wat wil je ook? Als er “eetklaar” op de sticker staat, kan je ervan op aan dat je bij het opensnijden thuis een bruine smurrie aantreft. Als er geen sticker op zit, dan koop je een steen die nog weken oneetbaar blijft. Zeker als de retailer in kwestie het nodig vindt om die tropische vrucht in de koeling te leggen. Jawel, Colruyt, ik heb het over u.
Alleen bij Jumbo gaat de verkoop van avocado’s de hoogte in, tenminste toch in de winkels die zo’n nieuwerwetse avocadoscanner hebben geïnstalleerd. Knijpen is niet meer nodig: dat röntgenapparaat vertelt je haarfijn hoe rijp de dure en weinig duurzame vliegtuigvrucht precies is. Met voorspelbaar resultaat: juichende hipsterklanten stromen toe, het marktaandeel van het Gele Gevaar breekt records, de concurrentie siddert en beeft en onze Grote Roerganger begint welhaast aan zichzelf te twijfelen. Sterk!
Weetje: de naam avocado komt van het woord ahuacatl, dat in het Nahuatl (de taal van de Azteken) gewoonweg teelbal betekent. Tip: ook niet in knijpen. Tot volgende week!