Nederlandse supermarkten lijden aan de Belgische ziekte, goedkope vol-au-vent vervult een belangwekkende maatschappelijke functie, pizza is gezonder dan een slaatje, vet is de ziel van de smaak: deze Filet Pur is comfort food voor het brein.
Belgische ziekte
In Zaandam klonk het deze week weer van The winner takes it all: in Nederland blijft Albert Heijn maar marktaandeel winnen dat het een lieve lust is, nu al zes jaar op rij. Sterk staaltje. Liefst 37,7% intussen: straks moet de concurrentiewaakhond nog op een splitsing aandringen om een ál te dominante positie tegen te gaan. Ze verkochten al een heel jaar geen tabak meer, en toch geen centje pijn. Mede dankzij de overname van Jan Linders inderdaad, maar toch. Het contrast met de nummer twee (die deze week nummer 38 opende, in Boom) is immens.
Opmerkelijk: bij onze Nederlandse vakmediacollega’s lezen we dat steeds meer Hollandse foodretailers aan de Belgische ziekte lijden. ‘t Is te zeggen: ze houden hun marktaandeel liever strikt geheim. Naar de evoluties van Aldi, Lidl en Superunie bij onze noorderburen hebben we daarom het raden. Het zal er wel op wijzen dat ze maar weinig reden tot juichen hebben. En zoals het een goed geïntegreerde nieuwkomer past, plooit Appie zich bij ons naar de lokale gewoonten: geen cijfers over Vlaanderen dus, slechts de mededeling dat het aandeel stijgt en dat ze vijf winkels openden. Dat wísten we al, Albert, vertel ons iets nieuws.
Zelfbediening
Liefhebbers van goedkope vol-au-vent en chocomousse blijken in grote meerderheid gepensioneerd, niet in staat of van plan om ooit nog voor zichzelf te koken, maar nog nét niet hulpbehoevend genoeg voor het woonzorgcentrum. Althans, dat leiden we af uit een stroom aan sfeervolle reportages in de media, die dus de facto bevestigden wat ook onze Grote Roerganger op eenvoudig verzoek in de kranten mocht verkondigen: de tijd is veel te lang stil blijven staan bij Lunch Garden en geheel in lijn met het restaurantconcept hebben de aandeelhouders in de eerste plaats zichzelf bediend.
Tja, kaartende senioren opvangen rendeert onvoldoende en naar de concurrentie van IKEA wijzen is wat te, euh, goedkoop. Maar de keten vervult dus wel een relevante maatschappelijke rol. En voorbijgestreefd? Hey, ze hebben toch een Facebookpagina? En wat lees ik daar: pas vorige week lanceerden ze nog een nieuwe app. “De smakelijkste app van het land”, meer bepaald. Voor wie, dat is maar de vraag. De timing! De ironie!
Ander en beter
Nadat dat Britse fonds de vennootschap vakkundig uitholde, niet van plan om er nog één halve euro in te investeren, is het dus aan ander en beter: enter Marc Van Hool, die allang niet meer in autobussen doet, maar wel stuurloze retailbedrijven weer op het rechte pad helpt, samen met enkele kapitaalkrachtige vrienden. Als het met Veritas en Neckermann lukte, dan moet Lunch Garden toch ook enige overlevingskans maken? In fors afgeslankte vorm weliswaar, maar ook dat is een teken des tijds.
Verder lijkt CIM Capital weinig of niks te willen veranderen bij z’n nieuwe aanwinst: “We geloven in het basisconcept”, klinkt het tamelijk onbeschaamd. Lees: er is weinig mis met de balletjes, de zeesteak en de rest van het bedrijf. Behalve dan die schuldenberg, een stuk of wat verlieslatende vestigingen en een paar honderd te dure medewerkers. We horen de vakbondsmensen tandenknarsen tot in de Stadsfeestzaal. De vestiging bij onze buren, de Inno, is definitief dicht. Kunnen ze daar eindelijk op zoek naar een vervanger die de ambities van het luxewarenhuis wat beter weerspiegelt.
Dikke nul
Tot overmaat van ramp blijkt dat hele Lunch Garden een bijzonder magere 2% te scoren op gezondheids- en duurzaamheidsbeleid, volgens een nieuwe studie van Sciensano. Andere prioriteiten wellicht. Ook het zogenaamd gezonde Exki scoort verbazingwekkend lager dan fastfoodiconen als Pizza Hut, Quick en McDonald’s. Maar CEO Stan Monheim heeft na z’n dreiginterviews van afgelopen november wél de gevraagde 15 miljoen euro binnengehaald én oprichter Frédéric Rouvez vakkundig buiten gewerkt.
En wat te denken van Roger & Roger? De fiere producent van Croky slaagde er als enige in om een dikke bolle nul te behalen over de volledige lijn. Waarvoor hulde: als het je bedrijfsmissie is om mensen zoveel mogelijk ziekmakende troep aan te smeren, dan moet je daar ook niet hypocriet over doen. Way to go, Roger! Al vind ik het moeilijk te begrijpen: ze verwerken daar toch een groente?
Danone en Delhaize waren er als de kippen bij om zich op de borst te kloppen in een persbericht. Beetje voorbarig misschien: ja, ze zijn de besten van de klas, maar het klasgemiddelde ligt wel bedroevend laag. Zolang de voedingsindustrie blijft inzetten op het vakkundig in de markt positioneren van smeuïge versnaperingen onder een krokant korstje, met een optimale verhouding vet, zout en suiker, zal de bevolking blijven opzwellen tot ze barst. Het gezondheidsinstituut dringt nogmaals aan op overheidsmaatregelen. Maar ja: geen regering, geen beleid, hé. En de volksgezondheid lijkt geen prioriteit in die fameus lekkende supernota. De formateur is nochtans een ervaringsdeskundige.
Next level
Het zal dus van de sector zelf moeten komen. Dat belooft. Lidl wil wel: de discounter maakt wereldwijd prioriteit van het zogenaamde gezonde planeetdieet om de mensheid van een gewisse ondergang te redden. Enfin, tegen 2050 dan toch. Alsof we nog zoveel tijd hebben. Ook de voormalige vegetarische slager Jaap Korteweg doet zijn duit in het zakje, door een samenwerking aan te gaan met een grote Duitse zuivelgroep om diervrije kazen te ontwikkelen.
Zijn landgenoot Mark Post, die al meer dan twintig jaar het einde van de vleesindustrie verkondigt, wil dan weer ossenwit uit bioreactoren op de markt brengen, om fletse veggieburgers naar een hoger niveau te tillen. Want: “vet is de ziel van de smaak”. Wat mij betreft de uitspraak van de week – heerlijk, toch? Maar beide pioniers moeten eerst de strenge Europese Novel Foods procedure overleven. Geschatte doorlooptijd: ongeveer honderd jaar. Succes ermee, Jaap en Mark!
Zal ik desalniettemin afsluiten met een veeg uit de PFAS-vrije antiaanbakpan? Om de houding van de meerderheid van de wereldwijde voedingsindustrie te typeren, bestaat er namelijk een mooi Nederlands neologisme: “meestribbelen”. Oftewel: doen alsof je meewerkt aan de oplossing, terwijl je stiekem de ene sabotagetactiek na de andere toepast om je lucratieve businessmodel te beschermen. Hebben ze van hun tabakscollega’s geleerd, en tot nu toe werkt het wonderwel. Proficiat, industrie! En tot volgende week!