Als groepering voor ‘echte’ zelfstandigen wil Alvo het verschil maken met verse en gezonde voeding. De leden investeren nu volop in de vernieuwing van hun winkels.
Vers en gezond
De ‘goesting’ is teruggekeerd bij de Alvo-leden, bevestigt algemeen directeur Jan Pelgrims. “Heel wat leden hebben recent hun winkel vernieuwd of zijn bezig met een verbouwingsproject. Er zijn ook ondernemers die na een overstap naar een andere enseigne toch weer terugkeren naar hun vertrouwde stal.” Dat zijn allemaal tekenen die erop wijzen dat de vernieuwingsoperatie bij Alvo vruchten afwerpt.
Het strategisch plan van de groepering laat zich samenvatten in de baseline ‘Lekker vers en gezond in je buurt’. Zeker inzake gezondheid heeft Alvo grote stappen gezet. Het assortiment ‘natuurlijk anders’ kreeg wel 200 nieuwe referenties: glutenvrij, lactosevrij, vegetarisch, voedingssupplementen, sportvoeding… “Onze leden pikken dat goed op. Sommige breiden dat aanbod op eigen initiatief zelfs nog verder uit.”
Fris winkelconcept
Alvo heeft ook hard gewerkt aan een frissere ‘look & feel’. “We streven een jong en dynamisch imago na. Het nieuwe winkelconcept, dat we voor het eerst introduceerden bij Obelix in Dentergem, functioneert goed. Leden hebben bij Alvo wel een grote individuele vrijheid om de winkel naar eigen inzicht in te vullen, maar raakvlakken moeten er zijn. We overtuigen hen dan ook om samen te werken met vaste leveranciers als Wanzl, Devafloor en Lixero, om zo een gezamenlijk winkelbeeld te creëren, met een eenvormige uitstraling.”
Maar het klopt wel dat er grote verschillen zijn tussen de leden. Culi’s in Zottegem bijvoorbeeld is een echte verswinkel en traiteur, Van Eccelpoel in Herentals is versspecialist en wijnhandelaar, terwijl andere leden een meer traditioneel supermarktconcept voeren. Een echte onder- of bovengrens is er niet, al moet je toch rekenen op minstens 450 à 500 m².
Lichte structuur
“Onze formule garandeert leden een fundamenteel hogere brutomarge. Dat geeft ondernemers zuurstof om te investeren,” aldus Pelgrims. “Mijn jaar is goed als ik nul euro winst en nul euro verlies heb op de centrale. En daar slagen we ook in. Elke euro gaat naar de leden. Dat is ons heilig principe. We hebben een heel lichte structuur op de centrale: hier werken slechts acht mensen. Een deel van het werk gebeurt door onze leden, in de commissies. Er is dus nauwelijks overhead.”
De samenwerking met Retail Partners Colruyt Group werd verlengd en uitgebreid naar de verscategorieën, tegen lagere tarieven. “We kopen nu in tegen netto-nettoprijzen. We zijn zeer tevreden over deze samenwerking, maar we blijven wel een concurrerend enseigne. Precies daarom ook hebben we gekozen voor een eigen kantoor in Temse en zitten we niet in de kantoren van Retail Partners in Mechelen.” Alvo bouwt nu een nieuw artikelplatform dat het leden makkelijker zal maken om bestellingen door te geven, en zet ook de eerste stappen in e-commerce.
Hoge servicegraad
Ziet Pelgrims nog expansiemogelijkheden voor Alvo, in een toch wel drukbezette markt? “Er zijn maar weinig echte witte vlekken, dat klopt, en het is ook erg moeilijk geworden om ondernemers te overtuigen om van enseigne te veranderen. Maar we prospecteren wel. We zien bijvoorbeeld een interessant potentieel voor Alvo in Wallonië. Ook in de kuststreek zien we mogelijkheden. Daarnaast trachten we onze bestaande winkels in de groep te houden. Wanneer een ondernemer zijn zaak wenst over te laten, zoeken we actief mee naar een overnemer. Dat is ons bijvoorbeeld recent gelukt voor Torina in Brasschaat.”
De grote uitdagingen voor de topman? “De omzet per vierkante meter verhogen en het vernieuwingsprogramma verderzetten. We sensibiliseren onze leden om het strategisch plan te implementeren. We willen het verschil maken met gezonde voeding.” Bovenal wil Alvo de beste keten zijn voor de zelfstandige ondernemer, benadrukt hij. “Het oude imago van Alvo strookt niet meer met de realiteit. We hebben hard gewerkt aan een performant platform dat onze leden ontzorgt en we bieden nu dezelfde servicegraad als andere enseignes.”