Veel kleine en middelgrote leveranciers van Britse supermarkten zitten in financiële nood. Britse retailers kopen immers scherper dan ooit in en rekken betalingstermijnen op, wegens de prijzenslag die ze voeren tegen elkaar en vooral tegen de succesvolle discounters Aldi en Lidl.
Het MKB moet grote retailers voorfinancieren
In recent onderzoek van Begbies Traynor, een financieel adviesbureau gespecialiseerd in het weer gezond maken van bedrijven, constateren de onderzoekers dat in de afgelopen twaalf maanden het aantal Britse leveranciers van levensmiddelen dat aanzienlijke financiële problemen heeft, met 54 procent is gestegen. Vooral de kleine en middelgrote bedrijven, de kleine zelfstandige detaillisten en boeren hebben te lijden onder het zware zakelijke klimaat.
Het onderzoek wijst ondubbelzinnig de grote Britse retailers als schuldige aan: in hun pogingen om via de laagste mogelijke prijzen klanten die naar Aldi en Lidl zijn weggelopen weer terug te winnen, leggen ze de gesel over de rug van het Britse midden- en kleinbedrijf (MKB). In het tweede kwartaal van dit jaar hadden 1.622 bedrijven moeite om het hoofd boven water te houden, een jaar eerder bedroeg het aantal problematische bedrijven 1.052.
De overgrote meerderheid van de voedingsmiddelenleveranciers die in financiële nood verkeren, behoort tot het MKB. Deze 1.436 kleine- en middelgrote bedrijven zuchten onder magere marges, en een structureel gebrek aan werkkapitaal. Omdat de grote Britse retailers voortdurend hun betalingstermijnen oprekken, moet het MKB de grote retailers voortdurend voorfinancieren, waarbij ze zelf steeds kwetsbaarder worden. Dat is een op termijn onhoudbare situatie, stelt het bureau.
Een maand later betalen dan afgesproken
“Tesco juichte onlangs nog over haar succesvolle prestatie in het eerste kwartaal na vier rondes van prijsverlagingen sinds januari”, zegt Julie Palmer, retailexpert en partner bij Begbies Traynor. “Zelfs Waitrose heeft zich in het afprijzingsgeweld van de retailsector gestort. Daar reageren consumenten op. Kleine leveranciers van voeding zullen zich moeten instellen op het feit dat structurele prijsverlagingen vaste prik worden in het retailklimaat.”
Volgens Palmer hebben de grote Britse retailers hun eigen businessmodel veranderd door de breedte en diepte van hun assortimenten aan te passen en prijspromoties die een aankoop van meedere items tegelijkertijd uitlokken zoveel mogelijk te voorkomen. “De marges van de leveranciers die ze nog wel hebben, hollen ze echter verder uit”, stelt ze. “Verder zijn ze nalatig in het verbeteren van hun eigen betaalgedrag en betalen ze gerust een maand later dan was afgesproken.”
“Retailers zijn een goedkoop doelwit”
De timing van het onderzoek van Begbies Traynor is opmerkelijk. Nog niet zo lang geleden constateerde de Britse mededingingsautoriteit CMA dat supermarkten consumenten nog steeds misleiden met prijspromoties, die toch niet zo scherp blijken te zijn dan gemeld, maar dat deze vormen van misleiding niet zo vaak voorkwamen dat er sprake zou zijn van algemene structurele misleiding – wat net de klacht van de Britse consumentenorganisatie Which? was, die deze kwestie bij de CMA had aangekaart.
De uitspraak van de CMA leidde niettemin tot een scherpe reactie van Malcolm Walker, topman van de Britse diepvriesretailer Iceland, die de klacht van Which? afdeed als pure onzin. “Als je het aantal onderzoeken naar supermarktorganisaties ziet, kun je je afvragen waarom dit gebeurt”, aldus Walker. “Het is allemaal politiek. Wij retailers zijn een goedkoop doelwit. Maar niemand vindt ooit iets. Het is zeer concurrentieel en de klanten krijgen een verbazingwekkend goede deal. Vaak verkopen we producten tegen kostprijs of zelfs nog lager.”