Tiende keer, goede keer?
De Vlaamse regering heeft gisteren de voorlopige beslissing van februari laatstleden definitief vastgelegd. Het dossier rond Uplace was toen opnieuw op de regeringstafel beland na een vernietiging door de Raad van State. Er is een openbaar onderzoek gevoerd, de 73 bezwaarschriften zijn onderzocht en er zijn een aantal wijzigingen aangebracht, maar voor Uplace en zijn winkeloppervlakte blijft alles bij het oude.
De garanties voor de mobiliteit werden wel “aangescherpt”, zo klinkt het in regeringskringen. De beslissing moet nu nog voor advies naar de Raad van State. Als die het licht op groen zet, volgt de definitieve beslissing begin volgend jaar.
Al is de kogel zelfs daarmee nog niet door de kerk: de regering voorziet namelijk een aantal mobiliteitsvoorwaarden die binnen een strakke timing moeten worden gerealiseerd. Als er tegen eind 2017 geen vergunning is voor het geplande GEN-station en als De Lijn niet beslist heeft dat er een vlotte busverbinding komt tussen Uplace in Machelen, de luchthaven van Zaventem en het station van Vilvoorde, dan gaat het project alsnog terug naar af.
Uplace is uiteraard tevreden met de beslissing. Dat de Vlaamse regering kiest voor “een rechtszeker en standvastig beleid” en voor “jobcreatie en sociale integratie” noemt de projectontwikkelaar “een positief signaal voor het ondernemersklimaat in Vlaanderen”. Uplace wijst er fijntjes op dat de regering nu al “voor de tiende keer” het Uplace-project steunt.
Voor- en tegenstanders roeren zich
Traditiegetrouw laten de voor- en tegenstanders van Uplace zich weer horen. Oppositiepartij Groen heeft forse kritiek en spreekt van een zoveelste staaltje “anti-klimaatbeleid” van de Vlaamse regering. Ondernemersorganisatie Unizo verwijt de regering dan weer dat het haar “ontbreekt aan een visie op de toekomst van de detailhandel” en noemt de beslissing “dom, kortzichtig en hypocriet. We wachten al vijf jaar op beloftes om de bestaande kernwinkelgebieden te versterken”. Ook zelfstandigenorganisatie NSZ is vernietigend: “Onbegrijpelijk, want daarmee knijpt de Vlaamse regering de kleinhandel in de Vlaamse rand en in Brussel dood.”
Binnen de CD&V, die nochtans in de Vlaamse regering zit en met Joke Schauvliege zelfs de bevoegde minister levert, klinkt er eveneens kritiek: “Ondernemers die onze handelskernen levendig en leefbaar maken mogen niet het slachtoffer worden van megalomane shoppingcentra”, zegt Koen Van den Heuvel. De CD&V-fractieleider noemt projecten als Uplace “uitlopers van een beleid dat in het verleden werd gevoerd” en die “intussen haaks staan op onze ambitie om lokale winkelkernen te activeren. Bovendien moeten we nog zien of het project in zijn huidige vorm de eventuele toets van de Raad van State zal doorstaan. Indien niet, is het over en uit. Een herhaling van de Uplace-saga is geen optie.”
Voka – Kamer van Koophandel Halle-Vilvoorde reageert dan weer tevreden dat een nieuwe horde is genomen in het heikele Uplace-dossier. Directeur Paul Hegge ziet in de beslissing “een kans om echt te starten met de reconversie van de verlaten industriezones in Vilvoorde en Machelen” en beschouwt de beslissing als een “belangrijke hefboom voor de regio”.