Lokvogelprocédé “niet oneerlijk”
Alles gaat terug op een rechtszaak voor de Gentse Kamer van Koophandel, die inkoopvereniging Euronics Belgium fotogroep Kamera Express inspande omdat die groep twee fototoestellen aanbood tegen een prijs die volgens die concurrent zo laag was dat er wel sprake moest zijn van verkoop met verlies. Bovendien, zo stelde de eisende partij, was hier sprake van een flagrant geval van lokvogelpraktijken, een oneerlijke handelspraktijk.
De Gentse rechter besloot in juli vorig jaar om het probleem via een zogeheten prejudiciële vraag voor te leggen aan Europa. Het Europees Hof van Justitie in Luxemburg antwoordt nu dat het “lokvogelprocédé” niet onder de oneerlijke handelspraktijken valt die opgesomd staan in de Europese richtlijn terzake.
Verkoop met verlies “niet verboden”
Tegelijk verwijst het Hof in één beweging ook het Belgische verbod op verkopen met verlies naar de prullenmand: als verkoop met verlies door Europa niet verboden wordt, mag België die praktijk ook niet verbieden.
De redenering die het Hof uitwerkt, heeft wat weg van de stelling die ze ook al ontwikkelde in het dossier rond de sper- en de soldenperiode: volgens het Hof somt de Europese richtlijn een aantal criteria op om te bepalen of een handelspraktijk al dan niet oneerlijk is en dus verboden moet worden. Eén van die criteria is de vraag of het economisch handelen van de consument wordt verstoord door de handelspraktijk van deze of gene onderneming.
Het is aan de rechter in de betrokken lidstaat om daar geval per geval over te oordelen. Het Hof van Justitie stelt echter dat het Belgische recht “verkoop met verlies in alle gevallen en in alle omstandigheden verbiedt“. Daardoor verkeert de rechter niet langer in de mogelijkheid om in een concreet geval na te gaan of het handelsgedrag van een onderneming wel of niet eerlijk is.
“Om deze reden komt het Hof tot de conclusie dat het Belgische verbod op verkoop met verlies, voor zover het de bescherming van de consument beoogt, in strijd is met het Europees recht.” Daarmee heeft het Hof van Justitie (alweer) een bommetje gelegd onder het Belgische retaillandschap, maar de verdediging van de Belgische overheid ligt al evenzeer voor de hand…
Comeos: “Kaalslag voor winkellandschap”
In een eerste reactie eist handelaarsfederatie Comeos dat het verbod op verkoop met verlies behouden blijft. “Samengevat komt het erop neer dat het Hof de verkoop met verlies verbiedt vanuit de bescherming van de consument“, zegt Dominique Michel, gedelegeerd bestuurder van Comeos, “terwijl de Belgische wet net de bedoeling heeft om de concurrentie te vrijwaren.”
“De bepaling moet er immers voor zorgen dat iedere handelaar in België zich kan ontwikkelen, en er dus geen misbruik kan zijn van machtsposities, waarbij sterkere spelers de kleinere uit de markt duwen, of dat nieuwkomers zich met absolute dumpingprijzen een plaats op de markt veroveren”, meent Michel.
Die eerlijke concurrentie is voor Comeos van groot belang: “De kracht van ons Belgische winkellandschap is net dat groot en klein hier nog naast elkaar leven. Buurtwinkel en supermarkt, boetieks en grote winkels: ze vullen elkaar allemaal perfect aan. Er zijn veel landen die die rijkdom al lang kwijt zijn. We moeten die diversiteit absoluut behouden. Verkoop met verlies zet dat allemaal op de helling.”
“We hopen dat er snel een nieuwe wet kan komen die de doelstelling van het verbod op verkoop met verlies bevestigt, en exclusief voor de bescherming van de concurrentie zorgt”, zegt Dominique Michel nog. “We geloven dat die nieuw gedefinieerde doelstelling voldoende zal zijn om Europa te overtuigen.”
Tegelijk wil de Comeos-topman wel dat een aantal uitzonderingen op dat absolute verbod behouden blijven: “Voor bepaalde producten die een bijzonder korte levenscyclus hebben – ik denk nu aan software, aan consumentenelektronica – zijn de twee soldenperiodes per jaar niet genoeg. Alleen in die solden mag je namelijk met verlies verkopen. De wet voorziet nu al uitzonderingen voor producten die na drie maanden al vervangen zijn door nieuwere versies, maar hij kan verduidelijkt worden, zeker voor consumentenelektronica.”
Unizo: “Destructieve marketingstrategie”
Unizo omschrijft verkoop met verlies als een destructieve marketingstrategie “die enkel de grootste marktspelers hanteren om zich te ontdoen van de concurrentie. Het is een strategie op korte termijn. Eenmaal bedrijven hun doel – lees: een groter marktaandeel – verwezenlijken, dan normaliseren de prijzen opnieuw. Veel zelfstandige winkels dreigen hiervan het slachtoffer te worden.”
De ondernemersorganisatie weet zich gesterkt door Nederlands onderzoek van EIM, een onafhankelijk instituut dat economisch en sociaal beleidsonderzoek uitvoert voor overheden en brancheorganisaties. Bij onze Noorderburen is verkopen met verlies wel toegelaten en dat leidde in 2003 tot een zware prijzenoorlog in de supermarkten, met alle desastreuze gevolgen vandien.
“Het aantal Nederlandse zelfstandige supermarkten kwam onder druk te staan. Daarenboven verminderde het aantal personeelsleden in supermarkten (ketens en zelfstandigen) op één jaar tijd met 17.000 of omgerekend 10.000 FTE”, klinkt het bij Unizo. Volgens de organisatie zal de afschaffing van het verbod in België dan ook leiden tot job-, omzet-, winstverlies én een daling van het aantal supermarkten.
Dat is echter nog niet alles: “De maatregel zou niet alleen leiden tot een verschraling van het aanbod van winkels in de voedingshandel in zijn geheel, maar ook tot een verschraling van het aanbod in de winkels zelf. Nadelig voor de consument, die op de koop toe prijsafspraken riskeert als enkel grote ketens het Belgische winkellandschap domineren.”
NSZ eist “garanties en bescherming voor kleinhandelaars”
Ook het Neutraal Syndicaat voor Zelfstandigen wil het dat het verbod op verkopen met verlies overeind blijft. Ook voorzitter Christine Mattheeuws benadrukt dat “dat verbod vooral de bescherming van de kleinhandelaars en niet zozeer van de consument” beoogt. “Grote ketens kunnen met lokvogelpraktijken bepaalde producten met verlies verkopen, maar kleinhandelaars niet. Indien het verbod op verkoop met verlies effectief wordt afgeschaft, gaat de kleinhandel helemaal teloor.”
Daarom vraagt de ondernemersorganisatie spoedberaad met minister van Economie Johan Vande Lanotte. “Dat de wet op de marktpraktijken na het Europees oordeel zal moeten worden bijgeschaafd, lijkt meer dan waarschijnlijk, maar wij eisen de nodige garanties en bescherming voor de kleinhandelaars.”