De kans lijkt steeds kleiner te worden dat het winkelcentrum Uplace in Machelen er in zijn huidige vorm ook daadwerkelijk komt. Nadat de milieuvergunning een tijd geleden nog maar eens werd uitgesteld, is immers de vraag gerezen of het project in zijn huidige vorm nog bestaansrecht heeft.
Verliezen stapelen op
Normaal gezien zouden de werken aan Uplace op 21 april van start gaan, maar nadat de Raad van State op 30 maart de milieuvergunning schrapte, werd alles nog maar eens uitgesteld. Voor de zomer moet er een definitieve beslissing komen over de milieuvergunning. Als die vernietigd wordt, dan is de kans bijzonder groot dat Uplace zoals we dat nu kennen er nooit komt. Ondertussen claimt het bedrijf wel al 85 miljoen euro in het project te hebben geïnvesteerd en onlangs verdwenen er ook een tiental jobs bij het bedrijf.
In 2006 werkten er nog twaalf personeelsleden voltijds voor Uplace, in 2011 was dat er nog maar één en vandaag werkt er officieel niemand meer voor Uplace. Daarbij moet wel gesteld worden dat Uplace vooral met externen werkt, die niet in de jaarrekeningen voorkomen.
Ondertussen is het negatief vermogen van het bedrijf opgelopen tot 7,5 miljoen euro en is het de vraag hoe lang die verliezen zich nog kunnen opstapelen, vooraleer het bedrijf zijn faillissement moet aanvragen. Uplace kan wel steunen op moederholding Lakesprings, die een eigen vermogen heeft van 228 miljoen euro, en op voorzitter Bart Verhaeghe, die een eigen vermogen van 416 miljoen euro heeft. Het totale project heeft daarnaast wel een kostenplaatje van 600 miljoen euro.
Steeds minder politieke wil
Rond Uplace werd in de zomer van 2009 het eerste akkoord getekend tussen de Vlaamse regering, de gemeente Machelen en Uplace zelf. De bedoeling was om een bepaalde regio in Machelen opnieuw op te waarderen met wat het grootste winkelcentrum van de Benelux moet worden. Al snel doken er echter verschillende problemen op. Zo is er steeds minder politieke wil om het project uit te voeren, waarbij zowel Groen, SP.A als Open VLD zich tegen het project hebben gekeerd. Enkel N-VA en CD&V zijn nog voorstander, al is dat ook niet meer met volle overtuiging.
Ook de naburige gemeenten Vilvoorde en Leuven zijn geen vragende partij voor Uplace. Zij stellen zich grote vragen bij de mobiliteit en het effect op hun binnenstad, als het winkelcentrum ooit realiteit wordt. Mobiliteitsexperts stellen zich daarnaast vragen bij de extra files die veroorzaakt zullen worden door de acht miljoen bezoekers per jaar die het winkelcentrum hoopt te trekken.
Andere tijden
Tot slot rest nog de vraag of Uplace in zijn huidige vorm tegenwoordig nog wel goedgekeurd zou worden. “Als Uplace vandaag zijn eerste stappen zou doen, lijkt de kans mij bijzonder klein dat men het project zo ver had laten komen“, zegt Vlerick-professor en retailexpert Gino Van Ossel daarover aan Bruzz. Hij twijfelt niet aan het commerciële succes, maar stelt dat er vandaag anders wordt gedacht over een aantal randvoorwaarden.
“Vergelijk het met lintbebouwing: vroeger liet Vlaanderen dat volop toe, vandaag is het velen een doorn in het oog”, aldus Van Ossel. Hij verwacht dat het uiteindelijk het project Neo, aan de Brusselse Heizel, zal zijn dat de strijd wint. “Beide zijn veelbesproken, maar Neo slaagt er toch in om meer onder de radar te blijven.”