De problemen in de mondiale toeleveringsketen zullen waarschijnlijk jaren aanhouden, vreest het Internationaal Monetair Fonds (IMF). Dat zorgt ook voor verdere inflatie en ondermijnt het herstel na de coronapandemie.
Helft inflatie door voorraadproblemen
De toeleveringsproblemen waar zowat elke sector ondertussen al sinds het najaar mee kampt, dreigen nog tot 2023 aan te houden. Dat zegt het IMF in een nieuw rapport. Eind vorig jaar verwachtte het IMF nog de tekorten aan auto’s medio 2022 grotendeels zouden zijn opgelost en dat de andere knelpunten eind dit jaar van de baan zouden zijn, maar daar heeft de omikronvariant een stokje voor gestoken.
Zelfs als er geen nieuwe problemen meer opduiken, zal het nog een poos duren vooraleer alles uit de knoop geraakt. Door de coronapandemie kochten mensen weer meer goederen in plaats van diensten, legt het IMF uit, maar de fabrieken konden niet volgen. Tekorten aan alles van chemicaliën tot microchips en nieuwe lockdowns zorgden ervoor dat het fabrieksherstel stagneerde. De prijzen van consumentengoederen stegen snel en de levertijden bereikten recordhoogten, wat dan weer sterke inflatie op gang bracht.
Zonder de toeleveringsproblemen zou in de eurozone in de herfst van 2021 ongeveer 6% meer zijn geproduceerd, en die achterstand wreekt zich. De helft van alle prijsinflatie op consumptiegoederen wijt het IMF aan de aanvoerproblemen, de andere helft komt van de sterk toegenomen vraag sinds de pandemie. Alleen de prijzen van diensten, die weliswaar meer dan de helft van de gemiddelde gezinsconsumptie uitmaken, zijn minder gevoelig voor de schokken.
Mensen en infrastructuur ontbreken
Ook verdwijnen de moeilijkheden niet zomaar met het coronavirus. Er zijn nog een aantal structurele problemen in de wereldeconomie: 10% van alle leverproblemen komt van een tekort aan arbeidskrachten, een groot deel van de problemen is ook gewoon te wijten aan een verouderde logistieke infrastructuur. Die problemen kunnen weleens hardnekkigere gevolgen hebben dan tijdelijke coronasluitingen, waarschuwt het IMF.
Al is er ook goed nieuws: van zodra de pandemie wegebt, zou de inflatie weer iets onder het streefcijfer van de Europese Centrale Bank dalen. Werkgevers hoeven bovendien niet te vrezen: ondanks de krapte op de arbeidsmarkt, zouden de lonen slechts matig stijgen. Wel moet er dringend werk worden gemaakt van de zoektocht naar nieuwe werkkrachten (tips aan de overheden zijn de migratieregels versoepelen en betere kinder- en ouderenopvang) en doelgerichte fiscale maatregelen.