Brussel telt in totaal 25.435 winkelruimtes. Daarvan staan er 13,5% leeg en behoort de overgrote meerderheid niet tot een keten, zo blijkt uit een onderzoek dat de handel in de Belgische hoofdstad in kaart brengt.
Binnenstad 18% van de winkels
In het volledig Brussels Hoofdstedelijk Gewest waren in 2017 in totaal 25.435 commerciële ruimtes te vinden. Net geen 22.000 daarvan waren in gebruik. Dat blijkt uit een studie van Hub.brussels, samen met Perspective.brussels en de Université libre de Bruxelles, naar aanleiding van een nieuw Commercieel Ontwikkelingsschema dat voor het Brussels Gewest wordt uitgewerkt.
De binnenstad van Brussel herbergt 18,1% van die verkooppunten en omvat 10,8% van de door handel ingenomen kadastrale oppervlakte. Logischerwijze is de concentratie er ook groter: aangezien het stadscentrum maar 2,3% van de totale oppervlakte van het Gewest uitmaakt, is de commerciële dichtheid er ruim twee keer zo groot als in de andere twee zones van het grondgebied.
660 verschillende ketens
Brussel-Stad is dan weer goed voor 27,5% van alle winkels, met bijna 7.000 commerciële oppervlaktes. De tweede gemeente in de rangschikking blijkt Elsene te zijn, waar ongeveer half zoveel fysieke verkooppunten te vinden zijn als in de stad Brussel. Liefst 50% van alle winkelruimtes bevinden zich in Brussel-Stad, Elsene en Schaarbeek. “Het commerciële aanbod van het Gewest is geconcentreerd in slechts enkele gemeenten”, besluiten de onderzoekers.
Opvallend is dat de grote meerderheid van de winkels niet tot een keten behoort: 84,8% van de handelszaken zijn zelfstandige verkooppunten. Er zijn nochtans meer dan 660 ketens actief in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, die samen ruim 3.300 winkels en zo 15,2% van alle actieve handelszaken innemen. Zo’n 80% van die ketens is in een handelskern te vinden, maar Hub.brussels wijst erop dat ze in Brussel-Centrum en de bovenstad niet de bovenhand hebben op het totale aanbod.
Leegstand door consolidatie
Van alle winkelpanden stonden er in de zomer van 2017 bij 3.500 leeg, wat neerkomt op een leegstand van 13,5%. Er zijn weliswaar grote verschillen tussen de gebieden, met meer leegstand binnenstad en steeds minder naar de buitenrand toe. De grootste leegstand is te vinden in de Marollen en bij het Congres, waar één op de vijf winkels buiten gebruik is.
Het lijkt paradoxaal dat precies de binnenstad met meer leegstand te kampen heeft dan de buitenranden, maar de onderzoekers zien twee redenen voor die trend. Tussen 1950 en vandaag is het commerciële weefsel van Brussel sterk gekrompen: anno 1950 waren in de hoofdstad nog dubbel zoveel winkels, maar dit is door de consolidatie in de retailsector doorheen de decennia geslonken, vooral in de stadskern waar het aanbod al meer ontwikkeld was.
Bovendien evolueren de noden van handelaars naar grotere panden, waardoor de kleinste percelen vaak niet opnieuw in gebruik worden genomen. “Aangezien de percelen in het centrum van het Gewest kleiner zijn, is het normaal dat daar een duidelijkere leegstand wordt waargenomen”, klinkt de uitleg.