Eén op vijf groente- en fruitverkopers niet in orde
Elk jaar rond deze tijd verschijnt het Jaarverslag van de Economische Inspectie, een turf van 175 pagina’s met een gedetailleerd verslag over de activiteiten van de FOD Economie om na te gaan of de handelaars de regelgeving rond marktpraktijken naleven.
Onder de verkopers van groente en fruit bleken er zo 3.294, goed voor 20,7% of één op vijf, niet in orde te zijn met de regelgeving. Vooral inzake de prijs- en hoeveelheidsaanduidingen is er nog veel werk aan de winkel. Liefst 30% van de gecontroleerde ambulante verkopers (meestal marktkramers) was in overtreding: de Inspectie stelde bij 25% een proces-verbaal op en bij 7% een pv van waarschuwing. Van de handelszaken met een kraam voor hun winkel was 44% niet in orde; hier werd 5% processen-verbaal en 41% pv’s van waarschuwing opgesteld.
Telefonische lokpraktijken in meubelsector
In de sector van de meubelverkoop blijft de ‘stijl Marseillaise’-verkoop dan weer voor flink wat problemen zorgen. “Enkele weinig scrupuleuze meubelhandelaren nodigen hierbij consumenten per e-mail of telefonisch uit om een cadeau in ontvangst te nemen. Eens daar aangekomen krijgen de consumenten te maken met valse prijskortingen, bedrog, agressieve verkooppraktijken en soms twijfelachtige voorstellen voor consumentenkrediet. Deze praktijk geeft steeds aanleiding tot talrijke klachten over oneerlijke handelspraktijken, garantie en consumentenkrediet”, klinkt het bij de Economische Inspectie.
Van de 511 klachten die de FOD Economie hierover in 2013 ontving, hadden er 250 specifiek betrekking op het telefonisch lokken van klanten.
Problemen met garantie in elektronicasector
In het kader van een onderzoek naar contractuele consumentengeschillen organiseerde de FOD Economie ook een online-enquête over de naleving van de garantieregeling. De overheidsdienst bevroeg 1.351 consumenten over de aankoop van alles samen 2.390 producten. Liefst 18% van die producten – dat is bijna één op vijf – was “niet conform.
Bij problemen bleek 75% van de consumenten contact te hebben opgenomen met de verkoper. In dit geval verklaarde 54% onder hen dat de verkoper zelf hun probleem ook daadwerkelijk heeft opgelost (herstelling of gratis vervanging), in andere gevallen verwees de verkoper naar derden (zoals de fabrikant) of verweet hij de klant een foutief gebruik van het product.
Uit de enquête blijkt ook dat de consument relatief goed geïnformeerd is over zijn recht op twee jaar wettelijke garantie, maar veel minder over het feit dat de bewijslast omkeert na de eerste zes maanden – met alle discussies van dien. Daarom heeft de FOD Economie “een sectorale bemiddeling georganiseerd in de elektronicasector (waar zich veel garantieproblemen voordoen)” en werden “de marktspelers herinnerd aan de wettelijke informatieplicht van de verkopers en het verbod om via commerciële garanties afbreuk te doen aan de wettelijke garantie.”
“Over het algemeen toont de sector een grote bereidheid om zich te engageren voor een betere naleving van de garantieverplichtingen”, voegt de FOD er wel aan toe.