Minstens helft omzet uit hoofdactiviteit
De algemene regel is dat winkels om 20 uur de deur moeten sluiten en minstens één wekelijkse rustdag moeten naleven. Op die regel genieten onder meer benzinestations, dagbladwinkels, traiteurs en videozaken – de wet spreekt van “bijzonder type winkels” – een uitzondering, wat leidt tot oneerlijke concurrentie voor de reguliere handel.
Sommige uitbaters werden na klachten door de Economische Inspectie in gebreke gesteld, maar de onzekerheid bleef. Nu eens kregen ze gelijk van de rechter, dan weer niet, nog een andere keer weer wel – maar dan onder beperkende voorwaarden. Om een einde te stellen aan die rechtsonzekerheid keurde de Kamercommissie eind juni vorig jaar een wetsvoorstel goed, dat shops aan tankstations uitdrukkelijk toeliet om alle dagen 24 uur op 24 open te zijn.
Na veel lobbywerk van zelfstandigenorganisaties en overleg kwam er een compromis uit de bus. Het nieuwe wetsvoorstel stelt dat de betrokken winkels enkel en alleen kunnen genieten van een afwijking, indien ze kunnen bewijzen dat hun hoofdactiviteit – bijvoorbeeld de verkoop van benzine – minstens de helft van hun omzet genereert.
Handelaars tevreden
“Het bereikte compromis is een goede zaak, het winkelaanbod van dergelijke winkels blijft ook na 20 uur of op een zondag beperkt tot een ‘depannage-aanbod’ voor de consument en betekent geen onnodige concurrentie vor normale winkels,” aldus Luc Ardies, Unizo-directeur distributie.
Ook Christine Mattheeuws van het Neutraal Syndicaat voor Zelfstandigen spreekt van een “goede zaak, want daardoor worden tankshops geen halve superettes die in oneerlijke concurrentie gaan met de 6.000 buurtwinkels in ons land die wél gehouden zijn aan de openingsuren.” Het NSZ betreurt wel dat voorwaarden als het handhaven van een beperkt assortiment geschrapt worden.