Er is uiteindelijk toch een finaal voorstel voor de Europese zorgplichtwet, voluit “Corporate Sustainability Due Diligence Directive”. Als de – fel afgezwakte – wet definitief wordt goedgekeurd, zal de invoering sowieso geleidelijk plaatsvinden.
Aansprakelijk voor leveranciers
Na weken uitstel is de veelbesproken zorgplichtwet dan toch goedgekeurd. Die moet voor meer transparantie in de toeleveringsketens van bedrijven zorgen, met als essentie dat bedrijven ook wettelijk aansprakelijk worden voor van milieu- en mensenrechtenschendingen bij hun leveranciers. De regels zullen gelden voor bedrijven die in de Europese Unie gevestigd zijn, maar ook voor bedrijven die veel in de EU zakendoen.
Oorspronkelijk zou de richtlijn al op 30 januari worden gestemd, maar vrij onverwacht werd toen geen meerderheid gevonden. Na 45 dagen onderhandelen achter gesloten deuren, is het voorstel vrijdag in fors afgeslankte vorm toch goedgekeurd. De richtlijn gaat nu ter goedkeuring naar het Europees Parlement, meldt Forbes, dat wel meteen waarschuwt dat niks meer zeker is in het huidige politieke klimaat.
Verwaterd voorstel
In plaats van alle bedrijven met 500 werknemers en een omzet van boven de 150 miljoen euro, hoeven straks alleen bedrijven vanaf duizend werknemers en een omzet vanaf 450 miljoen euro aan de zorgplichtwet te voldoen. Ook de zogezegde riscosectoren zijn geschrapt: het oorspronkelijke voorstel identificeerde sectoren, waaronder de bouw en textiel, waar de kans op mensenrechten- of milieuconflicten groot is. In die sectoren zou de richtlijn ook gelden voor kleinere bedrijven, maar is dat nu dus niet meer het geval.
Nog maar 0,05% van alle bedrijven in de EU zal zo aan de richtlijn moeten voldoen, wat liefst 70% minder is dan eerst. Organisaties krijgen bovendien langer de tijd om zich aan te passen: drie jaar voor bedrijven met 5.000 werknemers en een omzet van 1,5 miljard euro, vijf jaar voor de kleinere bedrijven.