De maatregelen tegen de verdere verspreiding van het coronavirus hadden een onmiddellijke impact op de omzet van Belgische non-food winkeliers, zegt GfK. De modebranche bloedt, de elektrosector kan zich voorlopig redden dankzij een enorme verschuiving naar online.
Consument bereidt zich voor op quarantaine
De eerste cijfers waarmee marktonderzoeksbureau GfK nu naar buiten komt, hebben betrekking op week 11 (de week van 9 tot en met 15 maart). Toen was er nog geen sprake van een algemene winkelsluiting: winkels waren wel verplicht gesloten vanaf het weekend en dat raakte vooral de modesector, die meteen een derde van de omzet verloor. Ook alle entertainmentcategorieën (muziek, film, games en boeken) gingen achteruit (-14%), behalve kinderboeken (+6%).
Elektro kon groeien (+4%) dankzij een enorme verschuiving naar online (+62%). Consumenten kochten vooral computer- en kantoormateriaal (+33%) om zich voor te bereiden op een langdurige periode van thuis werken en studeren: dat leidde tot grote stijgingen voor laptops (+39%), desktops (+25%) en monitors (+130%). Daarnaast investeerden consumenten in extra diepvriescapaciteit (diepvriezers + 175%) en het zelf bakken van brood: er werden vijf keer meer broodbakmachines verkocht. Wellicht om zich te verzekeren van voedselvoorraden tijdens de quarantaineperiode.
“We verwachten dat de impact in week 12, waarin winkels tot volledige sluiting zijn overgegaan, nog een stuk groter zal zijn”, zegt commercieel directeur Wim Boesmans van GfK Belgium, “en de vraag is in welke mate online verkoop deze winkelsluitingen in de komende weken zal kunnen compenseren.”