In en rond de Europese instellingen neemt de temperatuur langzaam toe over de plannen van de Commissie om de grote tech- en e-commerceplatformen zoals Google, Facebook en Amazon strenger te gaan reguleren. Kleine en grote webshops, die sinds corona een enorme vlucht namen, volgen het met argusogen. Maar waar gaat het nu precies om?
Poortwachters
Het voorstel dat zich momenteel een weg baant doorheen de Europese instellingen heet de Digital Markets Act (DMA). Dat initiatief van Europese Commissie wil een regelgevend kader creëren voor de zogenaamde “poortwachters”. Dat zijn platformen die intussen zoveel verschillende diensten combineren dat ze in de ogen van Europa “systeemrelevant” zijn geworden.
Dat is een eufemisme voor platformen die door hun schaal, omvang en integratie van verschillende diensten quasi onvermijdelijk zijn geworden voor kleine en grotere e-commercespelers die op zoek zijn naar klanten bij de miljarden gebruikers van die platformen. “Digitale poortwachters moeten een aantal welomschreven verplichtingen en verbodsbepalingen in acht nemen om oneerlijke praktijken te voorkomen”, schreef eurocommissaris Margrethe Vestager, bevoegd voor mededinging, daarover al in een opinie eind 2020, toen het voorstel van de DMA werd gelanceerd.
Marktdominantie versus gebruiksgemak
Sindsdien nemen alle betrokken partijen hun stellingen in. Tegenstanders van de grote platformen voeren aan dat zij hun marktdominantie misbruiken door data van verkopers op hun platformen in hun eigen voordeel aan te wenden en concurrentie onmogelijk maken. De platformen zelf wijzen op het enorme gebruiksgemak van hun geïntegreerde dienstenaanbod en voeren aan dat de nieuwe regels enkel gaan leiden tot toegenomen complexiteit en daaraan verbonden kosten.
De handelaars die gebruik maken van deze geïntegreerde platformen dreigen in dat verhaal lijdend voorwerp te worden van het lobbyspel dat boven hun hoofden wordt gespeeld. Nochtans staat er voor hen veel op het spel. Heel wat kleine ondernemingen zijn niet ongevoelig voor het argument dat een one-stop-shop van pakweg een Facebook/Instagram hen heel wat tijd en moeite bespaart om hun producten snel over de verschillende platformen heen aan te prijzen en te verkopen.
Platformen als turbo op groei e-commerce
Maar BeCommerce, de Belgische e-commercefederatie, is het niet oneens met de intenties van de Europese Commissie. De federatie wijst erop dat corona de e-commerce in België een enorme duw in de rug heeft gegeven, waardoor dit een enorm belangrijke discussie is. “We zijn de precieze impact van corona op de evolutie van e-commerce in België nog in kaart aan het brengen”, zegt Sofie Geeroms, CEO van BeCommerce. “Maar nog los van de exacte cijfers is iedereen het erover eens dat we een exponentiële groei van het aantal webshops in België hebben gezien.”
En die trend zet zich ook door op de grote platformen, die een turbo zetten op die groei. Ook daar is het moeilijk om precieze cijfers te vinden. Maar Geeroms heeft wel enkele indicatieve cijfers. “Eind 2019 telde Amazon 1.600 Belgische verkopers op zijn platform”, stelt ze. “Het is moeilijk om te meten waar we nu staan, omdat er intussen naast de Duitse en Franse ook een Nederlandse website is bijgekomen. Maar als je ziet dat bol.com eind 2020 op 3.000 Belgische verkopers op z’n marktplaats zat, weet je al dat er ook daar een enorme groei is geweest.”
Moeten die platformen opgebroken of minstens onderworpen worden aan strenge regels? “Wij staan positief tegenover de intenties van de DMA”, zegt Geeroms. “De regels willen meer concurrentie creëren en tot lagere prijzen komen. Er zijn al voorbeelden geweest van oneerlijke handelspraktijken op de grote platformen.”
Kind niet weggooien met badwater
Maar Geeroms is niet onverdeeld gelukkig met de huidige vorm van de regels. “Het probleem is dat ze vertrekken vanuit een aanval op de bestaande platformen”, legt ze uit. “Ik mis een visie over hoe het hele ecosysteem er op lange termijn moet uitzien, met een duidelijk kader waarin ook nieuwe spelers de kans krijgen om op een faire manier te concurreren met de bestaande spelers. Dat is in het voordeel van de handelaars, die dan kunnen shoppen tussen de verschillende dienstenaanbieders.”
Geeroms is ervoor beducht dat het kind (het gebruiksgemak van technische platformen) wordt weggegooid met het badwater (de te dominante positie van de huidige platformen). “We leven in een platformeconomie”, zegt ze. “En transparante, concurrentiële platformen zijn goed voor de ontwikkeling van e-commerce. Ze creëren groei, omzet en werkgelegenheid bij de handelaren.”