Agfa-Gevaert
Leysen maakte in het begin van zijn carrière naam door scheepvaartagent Ahlers uit te bouwen tot de derde grootste rederij van het land. Begin jaren 1970 verkocht hij 75 procent van de aandelen van Ahlers en begon hij een nieuwe carrière als financier. Hij werd bekend bij het grote publiek toen hij in 1976 de nieuwe eigenaar werd van de bijna failliet krant De Standaard.
In 1971 kocht hij aandelen bij Gevaert en werd hij er bestuurder. In 1979 werd hij zelfs CEO van Agfa-Gevaert. Twee jaar later kwam Agfa-Gevaert echter volledig in handen van het Duitse Bayer, waarbij Leysen het verwijt kreeg dat hij het bedrijf moedwillig naar de Duitsers had geduwd.
Na die periode vormde Gevaert zich om tot een gediversifieerde beleggings- en investeringsmaatschappij, die in 1997 zou fusioneren met Almanij, de holdingmaatschappij boven de toenmalige Kredietbank. Dat was de eerste stap in de fusie van Kredietbank met Cera Bank en ABB en de latere fusie van KBC met Almanij. De familie Leysen werd daarbij één van de belangrijkste familiale aandeelhouders van KBC. Sinds 2011 is Thomas Leysen, de jongste zoon van André Leysen, er voorzitter van de raad van bestuur.
Geen interesse in politieke carrière
Toen in 2005 Bayer besloot Agfa-Gevaert af te stoten, zorgde Leysen er mee voor dat het bedrijf terug naar België kwam, door met Gevaert een participatie van 25 procent te nemen. Een jaar later werd dat aandeel echter al terug verkocht.
Leysen werd doorheen zijn loopbaan ook vaak aan de mouw getrokken door verschillende politieke partijen, maar wilde nooit op hun aanbod ingaan. In 1984 werd hij wel voorzitter van het Verbond van Belgische Ondernemingen, de Belgische patroonsorganisatie en later vice-voorzitter van de European Round Table of Industrialists, een Europese vereniging van topondernemers. Daarnaast schreef hij ook meerdere boeken.
Vanaf de jaren 1980 was Leysen een belangrijke figuur in verschillende Europese ondernemingen, met bestuursmandaten bij het Nederlandse Philips, Deutsche Telekom en BMW. In 2002 trok Leysen zich echter grotendeels terug uit het bedrijfsleven en nam daarbij afscheid van de meeste van zijn mandaten.