Het merendeel van de Belgische voedingsbedrijven kan geen nieuwe economische klap meer aan, meent sectorfederatie Fevia. Ze zakken weer net zo fel in het rood als aan het einde van de coronacrisis.
Niet schokbestendig
Bij twee op drie Belgische voedingsbedrijven gingen de voorbije maanden de financiële knipperlichten aan. Vier op tien dreigen zelfs kopje onder te gaan bij een nieuwe economische klap. Dat beweert sectorfederatie Fevia, die Graydon een studie naar de schokbestendigheid van de voedingsbedrijven liet uitvoeren.
66% is zwak tot zeer zwak schokbestendig, zo blijkt. Die cijfers zijn quasi dezelfde als die in april 2021, toen de coronapandemie nog woedde. In oktober 2021 was er even meer optimisme, met dank aan de coronamaatregelen, maar dat optimisme is nu door de sterke kostenstijgingen weer onderuit gehaald.
Reserves opgesoupeerd
Voor de coronacrisis waren 87% van de ondernemingen in de drank- en voedingssector gezond, meent Fevia, maar nu zijn de reserves opgesoupeerd en zouden de bedrijven “in ademnood kunnen komen in geval van een nieuwe schok”. Opvallend is dat amper de helft in 2022 – naar eigen zeggen – een prijsverhoging verkreeg bij de supermarkten, en meestal was die dan nog minder dan de helft van de gestegen kosten. De marges worden te dun om te investeren en te innoveren, klinkt het.
Er is nood aan concrete steun en oplossingen, waarschuwt Fevia, dat meteen ook een aantal concrete voorstellen heeft voor de verschillende regeringen. Het beheersen en verminderen van de energiekosten is nu de eerste prioriteit, maar ook tijdelijke werkloosheid moet eenvoudig mogelijk zijn in de sector, net als uitstel van betalingen. De organisatie roept verder de hulp van de overheid in om de loonkosten te beheersen en sneller de contracten met de supermarkten te laten bijstellen.