Sanering is harder dan verwacht
“Sommige bonden vrezen een ‘Carrefour-scenario’, het verlies van mogelijk ruim 1.000 van de 16.000 Belgische jobs”, schreef de krant De Tijd woensdagochtend. De realiteit werd nog een pak erger voor de werknemers: 14 niet-rendabele winkels die in eigen beheer worden uitgebaat, moeten dicht. Voorts worden 2.500 jobs geschrapt.
Niet alleen bij het personeel in de getroffen winkels vallen evenwel slachtoffers, ook op de ondersteunende diensten wordt gesabeld. En wie wel aan de slag kan blijven, moet inleveren.
De vakbonden hadden een dergelijke opdoffer niet verwacht. “Een slag in het gezicht”, liet Veerle Verleyen van de christelijke bediendenbond LBC zich ontvallen. “Het is oneerlijk om de problemen op te lossen op de kap van de werknemers. We klagen de problemen die er zijn immers al lang aan.” De bonden spreken dan ook van paniekvoetbal. “Dit zal de klant niet naar de winkels lokken”, heet het.
Personeel voert actie
Toen de plannen bekend raakten, legde het personeel in een aantal winkels spontaan het werk neer. Het ging daarbij niet alleen om vestigingen die met sluiting werden bedreigd. Onder meer in alle twintig Brusselse vestigingen werden de activiteiten gestaakt.
Daarbij gingen ook zure oprispingen naar de opstappremies die enkele toplui van de warenhuisgroep kregen. Zo nam voormalig CEO Pierre-Olivier Beckers een rugzakje met 7,7 miljoen euro mee, terwijl de topman van de Amerikaanse Delhaize-tak, Roland Smith, een envelopje met 2,8 miljoen euro ontving. Stéfan Descheemaker, de topman voor de Europese activiteiten, incasseerde dan weer 900.000 euro.
De komende weken zal er niettemin onderhandeld moeten worden over een sociaal plan voor de getroffen werknemers. Federaal premier Elio Di Rupo liet alvast verstaan dat de regering daarbij zal waken over het volledige respect voor de sociale wetgeving en de rechten van de werknemers. Binnenkort spreken hij en minister van Werk Monica De Coninck trouwens met de vakbonden. “Nadien zal de federale regering onderzoeken welke stappen ze samen met de Vlaamse, Waalse en Brusselse regeringen kan ondernemen om al de betrokken werknemers te ondersteunen”, aldus de eerste minister.
Directie wijst op harde realiteit
De directie van de warenhuisgroep blijft intussen, onder aanvoering van de pas benoemde topman voor België Denis Knoops, de ingreep verdedigen. Door de nieuwe focus van klanten op prijzen is Delhaize in een minder gunstige positie gekomen. De rendabiliteit van de eigen vestigingen is de jongste drie jaar met 78% gedaald, terwijl die van de totale groep Delhaize-winkels in België slechts 30% zakte. Dat betekent dat de winkels die door zelfstandige worden gerund veel beter stand hielden.
Het management verwijst onder meer naar het loonniveau van het personeel. Dat ligt hoger in de eigen winkels dan in de vestigingen die door zelfstandigen worden uitgebaat. Bovendien worden bij Delhaize ook de pauzes betaald, waardoor het personeel in een 36-urenweek slechts 33,5 uren werkt. De kostenhandicap van de supermarktketen ten opzichte van de concurrentie bedraagt tussen de 15 à 33 procent, wordt gesteld.
Voor enkele winkels zou dan ook een oplossing gevonden kunnen worden door ze te laten uitbaten door een zelfstandige zaakvoerder. Wellicht kan dit ook een deel van de bedreigde arbeidsplaatsen redden.
Beleggers reageren positief
Toch is er een categorie van stakeholders die wel tevreden is: op de Brusselse beurs veerde het aandeel van Delhaize zowat 1 procent op. Dat van concurrent Colruyt zakte licht. Het besef groeit dat ook de grutter uit Halle in dezelfde moeilijke markt moet werken.