Met de lancering van Vuna, een plantaardig alternatief voor tonijn, zet Nestlé een nieuwe stap in de eiwittransitie. Straks volgen nog veganistische alternatieven voor garnalen en ei: “We willen een deel van de oplossing zijn.”
Disruptief product
“Mensen die Vuna voor het eerst proeven, vragen ons soms of we ons niet vergist hebben en toch echte tonijn hebben geserveerd”, lacht Arthur Duquesne De La Vinelle, businessmanager van Garden Gourmet, het plantaardige merk van Nestlé. Dat hij journalisten uitnodigt op het hoofdkantoor om het product te proeven en de context van de lancering te schetsen, wijst op het grote belang van deze innovatie voor de voedingsmultinational.
“Ik ben enorm trots! Dit product zit helemaal goed qua smaak, textuur en nutritionele waarde. Het is echt indrukwekkend.” Hij schotelt ons een poké bowl voor met Vuna, en het moet gezegd: dat zit verrassend goed. “Dit is een disruptief product”, weet Duquesne. “We hebben Vuna vorig jaar kleinschalig getest in Italië en Zwitserland: de verkoopcijfers en de herhaalaankopen waren bijzonder sterk. Daarom rollen we het nu uit naar andere Europese landen, te beginnen met de Benelux en Duitsland.”
Eerst bij Delhaize en Albert Heijn
De tonijnvervanger wordt gemaakt op basis van zeven ingrediënten: erwteneiwitten (uit Europa), water, koolzaadolie, tarwegluten, aroma’s, citroenvezels en zout. Bovendien is het product een bron van Omega-3 vetzuren en heeft het een Nutri-Score B. Vuna kan zowel koud in salades, als warm in bijvoorbeeld pastagerechten gebruikt worden.
Nestlé lanceert Vuna in primeur bij Delhaize en bij Albert Heijn, later volgt een nationale uitrol. De reden voor deze keuze ligt voor de hand: “Delhaize is veruit marktleider in plantaardig, met een aandeel van wel 34%. Ruim boven hun fair share dus. Ze zijn er destijds als eerste mee begonnen en hebben een heel uitgebreid aanbod. Albert Heijn wordt door de vegetarische gemeenschap vaak gezien als de retailer met het beste plantaardige aanbod.” De adviesprijs voor een potje van 175 gram bedraagt 3,99 euro: de kiloprijs is dus vergelijkbaar met die van tonijn in blik van een A-merk.
Groot potentieel
Het segment van de visalternatieven is momenteel nog heel klein: amper 1% van de plantaardige categorie. Het potentieel is wel groot: tonijn in blik is een gigantische markt, goed voor een omzet van 90 miljoen euro in België. Ter vergelijking: de plantaardige categorie is in zijn geheel goed voor 50 miljoen euro.
“Mensen minderen doorgaans eerst hun consumptie van rood vlees”, zegt Duquesne. “Daarna gaan ze ook andere vleestypes mijden, zoals kip of charcuterie. Vis komt als laatste stap. Er is nog weinig aanbod, andere merken kwamen niet met de juiste producten. Maar ik denk dat de timing nu goed zit: we komen op het juiste moment met een product dat het verschil kan maken.” Hij verwijst naar de documentaire Seaspiracy, over de vernietigende impact van de visserij op het milieu: “Mensen die deze film gezien hebben, denken voortaan twee keer na vooraleer ze nog vis kopen.”
Groei met dubbele cijfers
Ongeveer 40% van de wereldbevolking beschouwt zichzelf intussen als veganist, vegetariër of flexitariër, zegt Nestlé. In België is dat 46%. In december 2021 vertegenwoordigde de categorie van de vleesvervangers 3% van de totale vleesconsumptie in België. Garden Gourmet neemt het voortouw in het ontwikkelen van deze markt.
“We groeien met meer dan 20% in een heel dynamische markt met veel innovaties. We zijn het grootste merk, met een marktaandeel van 27%. In 2021 wonnen we opnieuw 240 basispunten. We merken wel dat de markt na een uitzonderlijk jaar 2020 nu iets minder hard groeit. Door de lockdowns steeg de thuisconsumptie en gingen consumenten op zoek naar meer variatie. Vorig jaar normaliseerde het consumptiegedrag opnieuw. Maar de markt groeit nog steeds, we verwachten ook dit jaar een groei met dubbele cijfers.”
Geen toeval
Het succes van Garden Gourmet is geen toeval, benadrukt Duquesne. “Je verandert de eetgewoonten van de consument niet makkelijk. De ervaring moet goed zitten, op het vlak van smaak, textuur, duurzaamheid én gezondheid. De producten van Garden Gourmet doen het goed op alle vier de criteria. We doen geen toegevingen. Zo zijn we marktleider geworden, terwijl andere merken wegzakten.”
Nestlé zet daarbij sterk in op wetenschappelijk onderzoek: voor de multinational werken wereldwijd liefst 3000 wetenschappers. 300 daarvan werken op plantaardige voeding. “In ons R&D departement in Lausanne werken wetenschappers aan de voedingstechnologie van morgen. Als grootste foodbedrijf ter wereld hebben we een grote impact. We willen een deel van de oplossing zijn. Onze CEO heeft een uitgesproken visie op duurzaamheid.” Nestlé wil zijn uitstoot tegen 2030 halveren en tegen 2050 klimaatneutraal zijn.
Er zitten vanuit Lausanne overigens nog twee disruptieve innovaties in de pijplijn: binnenkort maken we ook kennis met plantaardige alternatieven voor garnaal (Vrimp) en voor ei (vEGGie).