De familie Colruyt stapt in de Gentse start-up Protealis, die de sojateelt in enkele Europese landen (waaronder België) rendabel probeert te maken. De vraag naar lokale en duurzaam geteelde soja neemt immers snel toe.
Nieuwe rassen
Momenteel komt het gros van de soja uit de Verenigde Staten en Zuid-Amerika, omdat de teelt in grote delen van Europa nauwelijks rendabel is. Protealis houdt zich bezig met de ontwikkeling van nieuwe sojarassen die beter bestand zijn tegen de koude en bovendien genoeg bonen opleveren. De start-up meldde eerder al dat het rassen ontwikkeld heeft die in onze streken 3 à 3,5 ton per hectare kunnen opleveren. “Op dat moment wordt het voor veel boeren interessant om over te schakelen en eens soja te zaaien in plaats van tarwe, koolzaad of korrelmaïs’, zei CEO Benjamin Laga onlangs.
Dat Colruyt (via investeringsvehikel Korys) in het project investeert, hoeft niet echt te verwonderen: de retailer werkt continu aan de verduurzaming van zijn producten en ziet een stijgende vraag naar bio, vleesvervangers en lokale eiwitbronnen. Drie jaar geleden nam het bedrijf al mee het voortouw in een pioniersproject rond lokaal geteelde soja: landbouwer Simon Colembie zaaide toen één hectare soja, wat 2,5 ton biologische soja opleverde. De Brugse producent van vegetarische producten La vie est belle verwerkte die tot sojaburgers die nadien verkocht werden door Bio-Planet onder het merk Boni Selection Bio.
De bijdrage van België aan de wereldwijde sojaproductie is vooralsnog verwaarloosbaar. Vorig jaar ging het om 150 ton sojabonen op een oppervlakte van 70 hectare, schrijft De Tijd. Protealis denkt dat 8% van het totale Belgische landbouwareaal dankzij de nieuwe rassen geschikt is om op rendabele wijze soja te verbouwen: dat komt neer op ruim 100.000 hectare.