Ralph Lauren presteerde ondermaats in het voorbije kwartaal: de coronapandemie komt het Amerikaanse modemerk duur te staan, maar er zou nog meer aan de hand zijn. Het modehuis overweegt een reorganisatie.
Te afhankelijk van warenhuizen
Hoewel de coronacrisis niemand in de luxesector onberoerd laat, klinkt er eensgezinde ontgoocheling over het voorbije kwartaalprestaties van Ralph Lauren. Bij het Amerikaanse modehuis tuimelde de omzet met 66% naar beneden, om te landen op 487 miljoen dollar (410 miljoen euro). Dat ging gepaard met een verlies van 127,7 miljoen dollar (107 miljoen euro), terwijl er een jaar eerder nog sprake was van een winst van 117 miljoen dollar.
Opvallend is vooral dat Ralph Lauren over de hele lijn onder de verwachtingen van analisten presteert. Een kwartaal eerder boekte het bedrijf ook al rode cijfers. Dat komt onder meer omdat het label, in tegenstelling tot andere modemerken, niet veel hulp kreeg van e-commerce: de onlineverkoop ging slechts met 3% de hoogte in. Het merk is te sterk afhankelijk van luxewarenhuizen, zoals Macy’s en Nordstrom, concludeert Fortune daaruit. Ralph Lauren moet meer een bestemming op zich worden.
“Kans om te resetten”
Het bedrijf lijkt daar zelf ook van overtuigd te zijn en probeert versneld tot een ommekeer te komen. CEO Patrice Louvet zegt de operationele langetermijnstructuur in de komende maanden te evalueren, om ze “in lijn te brengen met de evoluerende strategische prioriteiten”. “Er is nu een kans om te resetten, terwijl we kijken naar nieuw consumentengedrag en het retaillandschap”, vertelde Louvet nog aan Bloomberg.
Er is met andere woorden mogelijk een reorganisatie op komst, waarbij Ralph Lauren volgens Fortune wel eens harde keuzes kan maken op het vlak van medewerkers, verkoopkanalen, geografische aanwezigheid en zelfs merkenportefeuille. Ondertussen belooft het modehuis ook meer in te zetten op diversiteit: tegen 2023 moet minstens 20% van de wereldwijde leiding van het bedrijf een niet-blanke huidskleur hebben.