Het Franse luxehuis Louis Vuitton wil de (nog gefragmenteerde) juwelenmarkt veroveren. Als blikvanger laat het de op één na grootste diamant ooit in Antwerpen slijpen en verwerken tot kleinere edelstenen.
Antwerpse expertise
De Sewelô, wat zoveel betekent als “uitzonderlijke vondst”, is een ruwe diamant van 1.758 karaat die vorig jaar werd opgehaald uit een mijn in Botswana. De Fransen kochten de edelsteen en willen die nu laten slijpen, polijsten en opdelen door het Antwerpse bedrijf HB. Het Franse luxemerk bereikte daarover een akkoord met Lucara, het Canadese bedrijf dat eigenaar is van de mijn in Botswana. Dat heeft ook recht op 50% van de uiteindelijke opbrengst van de resulterende diamanten.
De keuze voor Antwerpen is logisch, zegt Paul Van der Steen van het Wetenschappelijk en Technisch Onderzoekscentrum voor Diamant aan Radio 1. “Bij die bewerking komt heel wat technologie te pas. Die expertise is vooral aanwezig in Antwerpen, waardoor wij de eerste keuze zijn om dergelijke stukken te bewerken.”
Groei in juwelen
Hoeveel Louis Vuitton betaald heeft voor de diamant, is niet bekend. Het levert het luxeconcern wel zeer veel publiciteit op en maakt ook duidelijk dat diamanten steeds belangrijker worden voor het concern. “Juwelen zijn een van de categorieën met de hoogste groei, misschien wel de hoogste“, citeert De Tijd Michael Burke, de CEO van Louis Vuitton.
In november vorig jaar nam moederbedrijf LVMH al de Amerikaanse juwelier Tiffany & Co over voor 14,7 miljard euro en opende ook een nieuwe flagshipstore van de juweliersketen in Parijs. De juwelensector bestaat momenteel vooral uit erg kleine juweliersbedrijven, en een consolidatie rond een van de grotere spelers kan voor LVMH dan ook een erg lucratieve optie zijn.