Het eerste kwartaal van Levi Strauss op de beurs eindigt met een domper: Levi’s boekte minder winst dan verwacht, tot teleurstelling van de beleggers. Toch steeg de verkoop van het jeansmerk in alle markten.
Groei in alle regio’s
Jeansmerk Levi’s boekte een gecorrigeerde winst van 28,2 miljoen dollar (zo’n 25 miljoen euro) in het voorbije tweede kwartaal, wat liefst 63% minder is dan een jaar eerder. De oorzaak zou te vinden zijn bij de kosten voor de beursgang (29 miljoen dollar) van het bedrijf, dat sinds maart op Wall Street noteert. De omzet ging er wel met 5% op vooruit, goed voor een totaal van 1,3 miljard dollar (1,1 miljard euro).
Niet alleen scoort Levi’s daarmee beter dan voorzien, er was ook een stijging op alle markten. In het vrouwensegment steeg de omzet zelfs met 16% en de categorie bovenstukken met 14%. In Europa stegen de verkopen met 9%, in Amerika met 3% en Azië boekte 6% meer omzet. China was goed voor een verkoopstijging van 3%, wat volgens CEO Chip Bergh weliswaar nog veel beter kan. Het jeansmerk ziet er heel wat onbenutte opportuniteiten.
Tweede jaarhelft wordt zwakker
Over de tweede jaarhelft drukt Bergh zich tegenover Reuters echter pessimistisch uit: “De voorspellingen zijn dat de tweede jaarhelft zwakker zal zijn dan de eerste”, aldus de topman. Het valt de CEO immers tegen dat Black Friday, het Amerikaanse koopjesfestival bij uitstek, dit jaar net buiten het lopende boekjaar valt.
Meer structureel wijst Levi Strauss op de moeilijke wholesale-business: in de Verenigde Staten ging de groothandelstak er al met 2% op achteruit en Bergh verwacht ook in de tweede jaarhelft winkelsluitingen en faillissementen onder zijn klanten. Bij wijze van reactie stuurden beleggers de koers van het aandeel 6% lager.
Vandaag is een derde van de omzet bij Levi’s nog afkomstig van groothandel, maar daar probeert het merk verandering in te brengen: in het tweede kwartaal openden 78 nieuwe winkels en groeide de retailomzet met 9%.