Britten grote uitzondering
De zwakste meimaand in twintig jaar blijkt uit de nieuwste statistieken van de Europese sectorfederatie ACEA. Voor de slechts 1.042.742 wagens moeten we al teruggaan tot mei 1993 om nog zo’n laag cijfer te vinden (toen net geen miljoen).
Alle grote autolanden moesten in mei fors inboeten, met als uitzondering het Verenigd Koninkrijk (+11%). In Spanje daalde de autoverkoop met 2,6%, in Italië met 8%, in Duitsland met 9,9% en in Frankrijk zelfs met 10,4%.
Over de eerste vijf maanden van het jaar oogt de balans zo mogelijk nog zwarter: de verkoop ligt nu al 6,8% lager dan in diezelfde periode een jaar eerder. Hier krijgen vooral Italië (-11,3%) en Frankrijk (-11,9%) klappen. Ook Spanje (-5,8%) en Duitsland (-8,8%) gaan erop achteruit. Eens te meer zorgen de Britten voor de uitzondering met +9,3%.
Nederland onderuit, België vooruit
De crisis en de besparingen laten zo goed als overal een spoor van vernieling na. Zo kelderde de autoverkoop in Cyprus met 43,8% over de voorbije vijf maanden. De op één na grootste tik is echter weggelegd voor Nederland: daar ligt de autoverkoop in de periode januari-mei al 30,8% lager dan vorig jaar. De maand mei klokte zelfs af op -37%.
Het Nederlandse cijfer staat in schril contrast met België, waar in mei 9,2% meer auto’s werden ingeschreven dan in dezelfde maand een jaar eerder. Over vijf maanden bekeken doet de Belgische autoverkoop het 3,9% beter dan vorig jaar, al hoort daar wel de kanttekening bij dat 2012 ook een absoluut rampjaar was.
Op een fundamentele ommekeer blijft het voor de Europese autoverkoop dus wachten: consultancybedrijf AlixPartners verwacht zelfs geen groei in de West-Europese automarkt voor 2019.