Burger Brands Belgium (BBB), het bedrijf boven Quick en Burger King in ons land en Luxemburg, heeft de franchisenemers ingelicht over zijn concrete plannen. Beide ketens zullen naast elkaar blijven bestaan, en de franchisenemers mogen kiezen.
Ambitieuze plannen
Burger Brands Belgium heeft vandaag 92 Quick-vestigingen in België en nog 9 in het Groothertogdom, maar wil “binnen dit en vijf jaar meer dan 120 Quick en Burger King restaurants uitbaten in België en Luxemburg”. Dat zegt topman Kevin Derycke in de Franstalige zakenkrant L’Echo. Derycke mikt op een evenwichtige spreiding: dus een zestigtal voor elk enseigne. Het is alleszins de bedoeling dat de eerste vijf tot zeven Burger Kings nog dit jaar de deuren openen.
“Het is aan de franchisenemer om het enseigne te kiezen dat hij in de toekomst wil runnen, maar wij gaan blijven investeren in Quick. Binnenkort lanceren we trouwens een nieuwe communicatiecampagne”, aldus nog de CEO.
Rekenmachientjes bovenhalen
Bij die keuze zal flink wat rekenwerk komen kijken, want elk enseigne hanteert andere financiële voorwaarden. Die kregen de franchisenemers intussen te horen en te zien: “Er zijn pro’s en contra’s”, zo vertelt een franchisenemer ‑ die anoniem wou blijven ‑ aan L’Echo. Zo zou een Burger King “gemiddeld een omzet van 4,5 miljoen euro genereren, hetzij ruim het dubbele van een Quick. Maar organisatorisch is er wel meer personeel voor nodig”, zegt de man.
De royalties voor de uitbating van een Burger King liggen ook hoger: in een grootteorde van 8% van de omzet bij Burger King, tegenover zo’n 5% bij Quick. Ook inzake vastgoed is Burger King duurder: Quick-franchisenemers betalen 12% van hun omzet als huur, voor Burger King-franchisenemers wordt dat 13%. “Maar ze hebben ons wel gezegd dat de Burger King-franchisenemers minder moeten bijdragen voor de marketing”, klinkt het nog in de zakenkrant. Bij Quick gaat het om 5,25% van de omzet.