Belgische en Nederlandse retailers laten enorme kansen liggen door te weinig in elkaars land actief te zijn. Nochtans zou een eengemaakte Benelux-markt 23 miljard euro extra omzet en 95.000 nieuwe banen kunnen opleveren.
36.000 nieuwe ondernemingen
Op vraag van de premiers van België, Nederland en Luxemburg stelde de Vlerick Business School een rapport samen, dat deel uitmaakt van een actieplan voor meer groei en meer banen dat in april 2015 werd gelanceerd tijdens een samenkomst van de drie premiers. Het rapport bekijkt het idee van een eenheidsmarkt in de detailhandel over de volledige Benelux. Die eenheidsmarkt kan volgens de onderzoekers tegen 2025 95.000 nieuwe banen, 36.000 nieuwe ondernemingen en 23 miljard euro extra omzet opleveren.
In 2013 was de detailhandel in de Benelux goed voor een omzet van 219 miljard euro en bijna een miljoen jobs, verspreid over bijna 200.000 bedrijven. In 2014 werd ongeveer 20 miljard euro omzet uit e-commerce gehaald. Toch is volgens de onderzoekers het volledige potentieel van de markt in de Benelux nog niet bereikt: volgens hen zijn er nog te veel obstakels tussen de drie lidstaten, waardoor er heel wat mogelijkheden verloren gaan.
Het verwijderen van die barrières, waardoor ondernemen over de landsgrenzen heen eenvoudiger wordt, moet voor een snellere internationale groei zorgen, zowel binnen de Benelux als daarbuiten. Voor ondernemers kan een eengemaakte markt in de Benelux dan ook een springplank zijn naar Europa. Volgens de onderzoekers kan een eenheidsmarkt, als die nu wordt ingevoerd, bovendien volgend jaar al 2,45 miljard euro aan kosten besparen. Dat geld kan dan gebruikt worden om de prijzen te verlagen of om opnieuw te investeren.
Voorbeeld voor Europa
Ook op vlak van e-commerce kan een eenheidsmarkt van groot belang zijn: momenteel winkelt 65% van de Europese consumenten online, terwijl slechts 16% van kleine en middelgrote bedrijven online verkoopt. Daarvan verkoopt zelfs maar 7,5% over de landsgrenzen heen, maar meer dan de helft van die ondernemingen zegt online te willen verkopen, als de regels in heel Europa hetzelfde zijn.
Door ook op vlak van e-commerce een eenheidsmarkt te maken in de Benelux, kunnen de drie landen een voortrekkersrol spelen die kan dienen als inspiratie voor een volledige Europese integratie. Ook op andere vlakken kan een eenheidsmarkt in de Benelux dienen als een soort laboratorium voor de andere Europese lidstaten.
Ook de consument kan voordelen halen uit een eenheidsmarkt: door de verhoogde concurrentie over de landsgrenzen heen, worden lage prijzen en een goede service nog belangrijker dan nu al het geval is. Een eengemaakte markt zal ook beter kunnen concurreren met de grote Europese machten, Franrijk, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk, en beter bestand zijn tegen wereldwijde concurrentie. Daarnaast kan er ook beter gereageerd worden op nieuwe en vaak disruptieve retailtrends.
Regelgeving aanpakken
Retailers zien alvast vaak zelf al de voordelen in van de Benelux. De meeste lokale ondernemers zien de andere landen in de Benelux meestal als hun tweede thuismarkt, wanneer ze besluiten om internationaal uit te breiden. Een echte eenheidsmarkt zou hen in die ambitie nog meer kunnen helpen. “We verwelkomen het idee van een eenheidsmarkt voor de detailhandel in de Benelux”, reageert Dominique Michel, CEO van Comeos. “Handelaars kunnen daar maximaal van profiteren en ze kunnen die eenheidsmarkt ook gebruiken als springplank naar de rest van Europa.”
Ondanks de sterke banden tussen de drie landen zijn er momenteel nog heel wat zaken die ondernemers tegenhouden om de grens over te steken. Om te beginnen vraagt het oversteken van de grenzen al heel wat investeringen, wat het bijzonder riskant maakt. Die financiële risico’s moeten in een eenheidsmarkt beter afgedekt worden en er moet volgens Comeos een nieuwe juridische vorm, de ‘Benelux-onderneming’, ontstaan om de administratieve schaal te vergroten.
Daarnaast zijn er ook heel wat verschillen op vlak van regelgeving tussen de drie landen, waardoor het niet altijd eenvoudig is om zomaar in een ander land een winkel te openen of een webshop op te zetten. Het gelijktrekken van de wetgeving is dan ook één van de belangrijkste punten voor de eenheidsmarkt echt een feit kan worden. “Om de eenheidsmarkt mogelijk te maken, stellen we voor dat alle wetgevende initiatieven op vlak van de handel eerst getoetst worden bij onze buren. We moeten telkens nagaan of de voorstellen in lijn liggen met de regelgeving daar. Dat is dé lakmoesproef van iedere nieuwe wetgeving”, aldus nog Michel.
Stuurgroep
Bovendien is er nood aan een degelijke verdeling van de kennis binnen de drie landen. Zo pleit het rapport voor het creëren van relevante netwerken en een virtueel kenniscentrum over de landsgrenzen heen. Het verminderen van de complexiteit van de wetgeving kan er dan weer voor zorgen dat er minder nood is aan bepaalde kennis. “De eenheidsmarkt biedt ook opportuniteiten om de echt grote dossiers met de drie landen gezamenlijk aan te pakken. Dan denken we specifiek aan dossiers zoals Big Data en de disruptive economy”, aldus Michel.
Om al die veranderingen aan te pakken, pleiten de onderzoekers voor de oprichting van een stuurgroep ‘detailhandel’ in de Benelux, waarin het bedrijfsleven samen met de overheden de verschillende obstakels gericht kan aanpakken.
“Deze studie is een primeur aangezien ze betrouwbare lijnen uitzet voor een samenwerking waarmee bedrijven alsook burgers, als consument, hun voordeel kunnen doen. Dit is echter nog maar het begin. De aanbevelingen dienen nader te worden uitgewerkt in grensoverschrijdend verband, wat de bestaansreden is van een meer eengemaakte Benelux interne markt voor detailhandel”, aldus adjunct-secretaris-generaal Benelux Alain de Muyser.