Vandaag wordt wereldwijd ‑ ook in Brussel en Den Haag ‑ geprotesteerd tegen de harde repressie waarmee de overheid van Bangladesh de recente arbeidsonlusten in dat land neerslaat. Ook grote internationale kledingketens voeren de druk op.
Staking voor hoger minimumloon
De internationale actie is op gang getrokken door de vakbondskoepels IndustriAll en UNI en krijgt de steun van internationale ngo’s waaronder de Schoneklerencampagne en Human Rights Watch. Ze komt er nadat een staking in december voor een hogere minimumloon (textielarbeiders krijgen sinds 2013 in Bangladesh omgerekend 63 euro per maand ‑ het laagste ter wereld ‑ en eisten een verhoging naar 177 euro) hardhandig werd neergeslagen.
De textielkoepel legde ruim vijftig fabrieken meerdere dagen stil, waardoor duizenden arbeiders zonder inkomsten zaten. Na tien dagen liep de toestand volledig uit de hand: vkbondsleiders werden gearresteerd, 1.600 arbeiders werden ontslagen en honderden worden gerechtelijk vervolgd.
Amper iets veranderd sinds Rana Plaza
De onlusten zijn hét bewijs dat er in de Bengaalse textielindustrie, bijna vier jaar na de Rana Plaza-ramp waarbij meer dan 1.100 mensen het leven lieten, nog niet zo veel veranderd is. “De gebouwen zijn veiliger geworden”, erkent een textielwerkster in een lokale krant. “Maar wij als arbeiders hebben nog altijd geen rechten. Wij zijn niet meer dan machines voor de werkgevers. Als ik op mijn doodsbed lig, zullen ze me nog vragen even twee kledingstukken af te maken.”
Tara Scally van de Schoneklerencampagne roept de nationale overheden én de Europese Unie alvast op een onderzoek te starten naar “de ernstige schendingen van vakbondsvrijheid en maatregelen nemen om de huidige situatie aan te pakken. Niet in actie komen betekent dat de Bengaalse overheid en de fabriekseigenaren denken dat ze straffeloos arbeiders de mond mogen snoeren en kunnen onderdrukken.”
Groeiende ongerustheid bij Westerse kledingketens
Westerse kledingketens als H&M, C&A, Esprit, Gap, Next, Primark en Inditex (Zara e.a.) schreven vorige maand al een brief aan de Bengaalse premier, waarin ze hun bezorgdheid uitten over de toestand. De ondertekenaars kopen jaarlijks voor 28 miljard dollar textiel in Bangladesh. Dat is de helft van wat het land aan kleding exporteert.
“Dat die ketens van zich laten horen, toont aan dat de consument een rol kan spelen”, zegt Chris Van Droogenbroeck van de Belgische vakbond LBC vandaag in De Standaard. “De grote ketens zijn gevoelig voor de reactie van hun klanten. Onze oproep is dus: stel vragen en eis antwoorden.”