‘Interchange fees’ geplafonneerd
Het was al langer een oud zeer, het kostenplaatje dat aan betalingen met kredietkaarten hangt. Maar na veel gelobby door zelfstandigen- en ondernemersorganisaties in heel Europa komt daar vandaag verandering in. De nieuwe Europese Verordening plafonneert de zogeheten ‘interchange fees’, de vergoedingen die de banken elkaar aanrekenen. De besparing is het duidelijkst voor kredietkaarten als MasterCard of Visa: de transactiekost zou dalen van 1,45% naar ongeveer 0,85%.
Volgens ondernemersorganisatie Unizo is de besparing niet mis: “De kosten voor debetkaarten dalen per jaar met 3,7 miljoen euro. Voor kredietkaarten gaat dat zelfs over 105 miljoen euro per jaar.” Voor een zaak waar maandelijks 250 klanten gemiddeld 83 euro betalen met een kredietkaart, loopt de besparing op tot 128 euro per maand of zo’n 1.500 euro per jaar.
Eerste stap
Unizo is tevreden over deze eerste stap, maar wil dat Europa nog verder gaat. “Voorlopig geldt de wetgeving enkel voor de traditionele kredietkaarten zoals MasterCard of Visa. Dat kan niet. De verlaging moet gelden voor alle kaarten, dus ook bijvoorbeeld voor Amex of Diners. Daarnaast moeten de effecten van de Europese regelgeving ook voelbaar zijn voor mobiele betalingen en betalingen via e-commerce.”
Het Neutraal Syndicaat voor Zelfstandigen is er niet van overtuigd dat de daling van de interchange fees zal leiden tot goedkopere elektronische betalingen voor handelaars. “Ten eerste geldt dat plafond bij kredietkaarten enkel bij de consumerkaarten en niet bij de corporate kaarten, die vaak aan bedrijven gelinkt zijn. Ten tweede zijn de kosten die een bepaald betaalschema – zoals Bancontact/Mister Cash, Maestro, Visa, MasterCard en dergelijke – in rekening brengt, de afgelopen twee jaar significant gestegen. Algemeen gezien betaalt de handelaar nu wel iets minder voor elektronische betalingen in zijn zaak, maar feit is en blijft dat voor veel handelaars kaartbetalingen nog steeds te veel kosten.”
Naar een verbod op ‘kleine klantenvergoeding’
Intussen wijzen Unizo en NSZ ook op een nieuwe Richtlijn die in de maak is en die een einde wil maken aan het aanrekenen van een kleine vergoeding (doorgaans 10 eurocent) aan de klant wanneer die voor een laag bedrag, bijvoorbeeld onder de 10 euro, toch zijn debet- of kredietkaart bovenhaalt. “De Richtlijn moet wel nog eerst in Belgisch recht worden omgezet”, klinkt het bij Unizo, dat er meteen aan toevoegt dat zo’n verbod enkel kan wanneer de winkelier “effectief minder per transactiekost gaat betalen”.
Het NSZ wijst er dan weer op dat tal van winkeliers nu hun broek scheuren aan kaartbetalingen voor dergelijke lage bedragen: “Een handelaar die minder dan 250 transacties per maand heeft – en dat zijn er volgens marktleider Worldline twee op de drie in ons land – betaalt bij Worldline per transactie nu 15 tot 20 eurocent. Daarbovenop moet hij nog 8 tot 12 euro per maand aan abonnementskosten betalen.
Een winkel met een beperkt aantal transacties zou er dus zelf aan toeschieten als hij die extra kost niet kan doorrekenen aan de klant. Door 10 of 15 eurocent per elektronische betaling te vragen is toch al minstens een deel van de transactiekost vergoed”, klinkt het nog.